| Op heeden den elfden meij des jaars zeventienhondert twee en veertigh compareerden voor mij m[eeste]r Mathijs Maten de jonge notaris publicq bij den hove van Holland geadmitteert tot Amsterdam residerende de heer Jappe | |
g g: | compareerden 11 meij 1741 de heer Jappe Wiggerts als bevragter ter eenre en de heer Jan Boenderma ker als boekhouder en vervragter van t latschip de Vergulde Buijs lang 126½ weijt 23 en hol 13½ voeten daar schipper op is Pieter Ooijevaar
alzoo ter andere zijde weesende t zelve schip volgens de zondse lijst van primo deses van S[in]t Ubes gearriveert in de sond met zout^voor eijge meesters reekeningen met ordre om voor Coppenhagen af te wagten het eerst komende convoij wonende de heren wedersijdse comparanten tot Amsterdam en Hoorn respective en zijnde bij mij notaris beijde wel bekend ende verklaarden wegens de bevragtingh van t voorn[oemde] schip gelijk ook wegens de overneeming van de voorsz[egde] zoutlast geconvenieert te zijn zoo als zij convenieerden bij desen in des manieren als volgt eerstelijk neemt de bevragter over de zoutlading met belofte om die aan den vervragter te betalen volgens de factuur en cours van wissel zoo als den vervragter daar voor betrokken is
| |
| gelijk hij bevragter aan den vervragter ook zal betalen de premie van assu rantie op de zout last gedaan van S[in]t Ubes tot Coppenhagen, Lubeck off Dantsik toe als mede nogh een somma van twee en veertigh gulden voor onkosten tot S[in]t Ubes voorts zal de gedagte schipper Ooijevaar met het voorn[oemde] schip en thans bij den bebragter overgenoome zoutlast met het eerst arriverende convoij van Coppenhagen uijt de sondt zijlen en navigeren na Pernouw Tot Pernauw gearriveert zijnde zal de bevragters correspondent aldaar zelve schip van de zoutlast doen ontlossen en vervolgens wederom tot de volle of bequame ladinge toe doen beladen met zodanige vrije goederen als hij
correspondent daar in zal gelieven te schepen welke ontlossinge van t zout en bela dinge met andere goederen te zamen zal moeten geschieden in den tijdt van vier aghtereenvolgende weecken en langer opgehouden werdende dan zal de eerste comparant moeten betalen vijff en twintig gulden voor ieder meerdere legdagh dogh | |
| dogh zoo t convoij binnen de vier weeken te rugh vertrekt dan zal de expiditie ook zoo veel eerder moeten geschieden (weer t wind het enigzinds willende toelaten) zoo wanneer namentlijk de schipper declareert dat hij met t convoij wil vertrecken want het zal in des schippers keuse staan om te keeren met off zonder convoij dog zoo hij
declareert om zonder convoij op hier te retourneeren zoo zal des bevragters corspondent hem schipper met een certificaat moeten voorzien dat de lading is voor reekening van hem h[ee]r bevragter schip tot Pernauw voorn[oem]t weer afgeladen zijnde zal de schipper daar meede of met off zonder convoij ten spoedigsten koomen te zeijlen na deeze stadt Amsterdam Alwaar meede behouden weezende gearriveert hij schipper Ooijevaar zijne van Pernauw overgebragte ladinge gelost en getrouwelijk uijtgeleevert hebbende aan den eerstencomparantof ordre zoo zal deeze bevragtinge koomen te eijndigen en bij hem schipper de bedongene vragtpenningen in t geheel en al verdient zijn bestaande dezelve geheel vragtpenningen in een somma
van sestigh gulden voor ieder last zout t geen de schipper tot Pernau zal hebben uijtgeleevert en zal van de voorsz[egde] geheele vragtpenningen de eene helfte verdient zijn en hier ter stede aan den tweeden comparant of ordre | |
| betaalt werden zoo daar hier berigt komt hoe veel lasten zout de schipper tot Pernauw zal hebben uijtgeleevert zullende eghier op deeze helft door den eersten comparant werden gehoort t geen de schipper te Pernauw van des eerste comparant corres pondent zal hebben opgenomen gehadt ter scheepsbehoeffte waar toe hem ook t nodige door den zelven correspondent opge schooten zal moeten werden en de andere off wederhelffte der vragtpenningen
zal verdient zijn en alhier meede aan den tweeden comparant off ordre of ook wel aan den schipper betaald moeten werden wanneer hij schipper zijne overgebragte ladinge alhier uijt geleevert zal hebben als wanneer de eerste comparant aan hem schipper tot een generaal caplaken nog zal voldaan de somma van
___ ____ _____ __ vijftigh guldens eens voorts zullen de ligtervragten en ordinaire avarijen tot Parnauw bij den eersten comparant voor tweede derde en bij den schipper voor een derde part gedragen werden maar de ordinaire avarijen alhier zullen werden gere guleert na costumen van de zee voorts | |
|
wijders zal de schipper in en omtrent het aflosen en volstuwen van t schip tot Pernauw zoodanige sorge moeten dragen eeven als off zulx voor zijn eijge meesters reekening was laastelijk zal de schipper indien zulx nodigh mogt zijn enige ballast ten zijnen kosten tot stijffte van schip te Pernauw mogen inneemen tot nakominge van t geene voorsz[egd] staat de comparanten verclaarden te verbinden generalijk hare respective perzoonen en goederen en specialijk de eerste compe rant de inteladene coopmanschappen en de tweede comparant het voorsz[egde] schip en toebehooren van dien gelijk ook den perzoon en goederen van schipper Pieter Ooijevaar voorn[oem]t alle t zelvige stellen en submitteerende ten bedwang en submisse als na regten
Aldus gepasseert binnen Amsterdam ter presentie van Jacob de Wijs en Nico laas Witte als getuijgen | |