Eerste blad Vorig blad | Blad 495 van 627 bladen. | Schema Volgend blad Laatste blad |
1. | v | Beerntje (Beerntje) Lieuwes ? [27187] (code: 2^12+3409), geb. ? te ? (zie 7505). |
1. | v | Elisabeth (Elisabeth) Tobias ANDREA [27241]. Geb. ±1600 te ? (bron: ?), ged. ? te ? Overl. ? te ? Begr. ? te ? Otr. (1) [8187] ? te ? Tr. 1624 te ? (bron: ?), tr. kerk ? te ? Echtgenoot is Gabriel (Gabriel) van LUTTERNAU [27242]. Geb. op 01-07-1599 te Bern (DE) (bron: ?), ged. ? te ? Overl. 1628 te Bern (DE) (bron: ?), begr. ? te ? Zn. van ? (?) van LUTTERNAU [27243] en ? (?) ? [27244]. Otr. (2) [8188] ? te ? Tr. op 18-05-1629 te Bern (DE) (bron: ?), tr. kerk ? te ? Echtgenoot is Abraham (Abraham) van WERDT [27245], 35 jaar oud. Geb. op 07-02-1594 te Bern (DE) (bron: ?), ged. ? te ? Overl. 02-1671 te Bern (DE) (bron: ?), begr. ? te ? Zn. van ? (?) van WERDT [27246] en ? (?) ? [27247]. Abraham (Abraham) van WERDT was weduwnaar: Otr.[8189] op ? te ? Tr. op rond 1614 te ? (bron: ?), tr. kerk op ? te ? met ? (?) ? [27248]. geb. op ? te ?, ged. op ? te ? overl. op ? te, op ? Begr. ? te ? Dr. van ? (?) ? [27249] en ? (?) ? [27250]. |
2. | m | Tobias (Tobias) Tobiasz ANDREA [27211]. Geb. op 19-08-1604 te Braunfels (DE) (bron: ?), ged. ? te ? Overl. op 17-10-1676 te Groningen op 72-jarige leeftijd (bron: grafzerk in de Aa kerk Groningen), begr. ? te ? - Op 09-10-1621 zijn de broers Tobias en Johann Daniel Gotfried studenten in Herborn.(Braunfelsensis Solmensis. historiarum et linguae Graecaeprofessor in acad. groningensi"). Dit volgens Matrikel der Hohen Schule Herborn (bron: ?) - 17-04-1623 ingeschreven aan de universiteit te Bremen (9) ("Brunsfelsio Solmaejus"). Dit volgens Matrikel des Gymnasium Illustre zu Bremen) (bron: ?) - 1628 Marburg, Koln en Groningen (bron: ?) - van 1634 tot 1676 hoogleraar grieks en geschiedenis aan de Groninger Academie, waarvan hij ook bibliothecaris was (bron: ?) - 03-08-1656 vermeld als peter te Heidelberg (bron: ?) - In de periode 1659-1660 bekleedde hij het ambt van rector-magnificus. Kerkelijk was Andreae actief als ouderling. Door arthritis kon Andreae zich op den duur niet meer verplaatsen en gaf hij zolang hij kon zitten thuis colleges. Twee jaar voor zijn overlijden moest hij ook dat opgeven. (bron: ?) ANDREAE (Tobias), geboren te Braunfels in het graafschap Solms den 19 Augustus 1604, was van moeders zijde een kleinzoon van den beroemden Johannes Piscator, Hoogleeraar in de Godgeleerdheid te Herborn, alwaar Andreae den grond zijner studiën legde en zich later in de wijsbegeerte oefende; van hier begaf hij zich naar Bremen, waar hij zeven jaren verbleef, en, daar hij naar het openbare leeraarschap stond, bereidde hij zich daartoe voor door bijzondere lessen in de wijsbegeerte te houden. In 1628 naar zijn vaderland teruggekeerd zijnde, begaf hij zich op aanraden van zijnen beschermer Hendrik Alting naar Groningen, waar hij, gedurende eenige tijd, bijzondere lessen in de wijsbegeerte gaf. Vervolgens vertrouwde Alting hem de zorg over de opvoeding van zijne kinderen, en toen zij geen leermeester meer noodig hadden, deed Alting hem eene dergelijke betrekking bij eenen Poolschen Prins erlangen. Na dezen gedurende drie jaren te hebben onderwezen, werd hij tot Hoogleeraar in de Geschiedenis en Grieksche taal te Groningen, en later tevens tot Bibliothecaris der Hoogeschool aangesteld, welke posten hij met veel ijver waarnam, tot aan zijnen dood, den 17 October 1676. Hij was een groot vriend en aanhanger van Descartes, en wist den geleerden Johannes Claubergius, Hoogleeraar eerst te Herborn en daarna te Duisburg, tot zijn gevoelen over te halen. Ook nam hij voor Descartes de pen op tegen Jacobus Revius, Hoogleeraar te Leyden en gaf in 1653 een vinnig antwoord uit, getiteld: Methodi Cartesianae assertio opposita Jacobi Revii etc. Praef. Methodi cartesianae considerationi Theologicae. Het tweede deel van dit antwoord kwam in het volgende jaar uit. Hij schreef ook in het jaar 1653 tegen Henricus Regius, Hoogleeraar in de Geneeskunde te Utrecht. Brevis replicatio brevi explioatione mentis humanae Henr. Regii reposita. Zijne afbeelding is door Lamsweerde in het koper gebragt. Zie van Hoogstraten en Brouërius van Nidek, Groot Algem. Hist. Woordenb., die hem even als Kok, abusivelijk Tobias Andreas noemen; Kok, Vaderl. Woordenb.; Chalmot, Biogr. Woordenb.; Brucherus, Gedenkb. van Stad en Lande, Ypeij en Dermout, Geschied. der Nederl. Herv. Kerk, D. II. bl. 456; Algem. Woordenb. der zamenl. (bron: van der Aa) - ANDREAE (Tobias) (1), geb. te Braunfels in het graafschap Solms 19 Aug. 1604, gest. te Groningen 17 Oct. 1676, zoon van den hofprediker en superintendant Tobias A. en Margaretha Fischer, oudste dochter van Joh. Piscator, hoogleeraar in de theologie te Herborn, studeerde in zijn geboorteplaats onder Joh. Ever. Zaunschlifer, doorliep in vijf jaren de latijnsche school te Herborn en wijdde twee jaren aan de philosophie bij zijn oom Piscator en Joh. Hendr. Alstedius. Gedurende zes of zeven jaren studeerde hij vervolgens de philosophie en medicijnen te Bremen onder Gerard de Neufville, wiens onderricht nu en dan afweek van de destijds in de scholen gehuldigde leerstellingen, en gaf en zelf particuliere lessen. In 1628 in zijn vaderland teruggekeerd, bezocht hij de universiteiten van Marburg en Keulen en op aanraden van Henr. Alting ook Groningen, waar hij wederom bijzondere lessen in alle deelen der philosophie gaf en belast werd met de opvoeding van Alting's drie zonen. Door dezen bekwam hij na de voltooiing daarvan eenzelfde betrekking bij den 14-jarigen hertog van Landsberg, den lateren keurvorst Frederik V, met wien A. het hof der Oranjes bezocht en 15 Nov. 1632 te Leiden als student wordt ingeschreven. Nogmaals, doch alleen, op 26 Mei 1633 ingeschreven als stud. phil., zal hij daar van Schooten, Golius en Burgersdijk hebben gehoord. 17 Febr. 1635 werd hij als opvolger van Jan. Gebhard te Groningen benoemd tot hoogleeraar in de geschiedenis en het grieksch, welken post hij slechts een half jaar heeft verlaten voor een bezoek aan Lodewijk de Geer in Zweden, wiens dochter Elisabeth hij 26 Mei 1643 te Amsterdam had gehuwd, daardoor de schoonbroeder wordend o.a. van Adriaan Trip. Het reeds te Bremen ontvangen onderwijs had A. ontvankelijk gemaakt voor de philosophie van Descartes, die zich weldra, Jan. 1644, ook te Groningen moest beklagen over de Admiranda methodus (Ultraj. 1643) van Mart. Schoock. Hoewel A. slechts éénmaal hebbende ontmoet, verzocht Descartes hem 27 Mei 1644 in zijne afwezigheid te willen inlichten over de handelingen van dezen en Gisb. Voet. Zijn, na het door de rechters, waaronder Maresius en A., ten gunste van Descartes op 20 Apr. 1645 gewezen vonnis, slechts twee brieven aan A. van den wijsgeer dd. 26 Mei en 16 Juli 1645, naar inhoud bekend, A.'s blijvende gezindheid kan worden afgeleid uit de omstandigheid, dat hij zijn vroegeren bremer studiegenoot Joh. Clauberg, nu hoogleeraar te Herborn, tot het Cartesianisme bracht, onder de leiding, in 1648, van hun later gemeenschappelijken vriend Joh. de Raey. Na Descartes' dood verdedigde hij diens Notae in programmate quodam (Amst. 1648) tegen den afvalligen Regius en werd over zijn wijsbegeerte, evenals Clauberg, in een heftigen strijd gewikkeld met den regent van het leidsche Staten-college Jac. Revius. Ook in zijne laatste jaren onderwees A. in druk bezochte private lessen de cartesiaansche grondbeginselen. Rector is hij geweest in 1640, toen hij de onder te noemen lijkrede hield, in 1649, 59 en 67. Met ijver nam hij van 1640 tot 8 Dec. 1668 den post van bibliothecaris waar. In 1669 kwam hij voor op de voordracht tot hoogleeraar te Franeker. Van de uit zijn huwelijk gesp roten 5 zonen en 4 dochters waren vijf kinderen reeds bij den dood zijner vrouw op 25 Aug. 1659 overleden. Zijn portret aet. 41, gesneden door S. van Lamsweerde met onderschrift van J.F. Gronovius is in de ondergenoemde Effigies. A. stond ook, althans in 1651, in briefwisseling met Coccejus.Behalve verschillende theses, waaronder de Triumviratu, gaf A. uit: Henricus Nassovius sive oratio in excessum ill. et gen. D. Comitis Henric. Nassovii (Gron. 1640); Brevis replicatio reposita Brevi explicationi mentis humanae ... D. Henrici Regii (Amst. 1653) en de Assertio methodi Cartesianae opposita Jac. Revii ... praefatae methodi Cartesianae considerationi theologicae quam vocat I (Gron. 1653), II (ib. 1654), beantwoord door Revius' ?a?t?s??µa??a I (Lugd. Bat. 1654) II, (ib. 1655) en ?????e?µa??a (ib. 1654). Zie: Effigies et Vitae Profess. Groning. (Gron. 1654) 124; J. Mensinga, Oratio in decessum Tob. Andreae (Gron. 1676); Boeles, Levenssch. Groninger proff., 23 achter Jonckbloet, Gedenkboek der hoogeschool (Gron. 1864); Sepp, Godgeleerd onderwijs II (Leid. 1874) 361 v.v.; Posthumus Meyjes, Jac. Revius (Diss. Amst. 1895) 172 e.v., 204; Oeuvres de Descartes IV (Par. 1899) 78, 123, 155, 195, 214, 245-47, 437; V (ib. 1903) 228; VIII (ib. 1905) 224 e.v., 370; Duker, Gisb. Voetius II (Leiden 1907) 175 e.v., 186. (bron: Nieuw Nederlandsch Biografisch Woordenboek). Otr. [8175] op 29-04-1643 te Amsterdam (bron: DTB Amsterdam inv nr 459) (get.: Godefridus Hotten en haar broer Lourens de Geer). , tr. ±05-1643 te ? (bron: ?), tr. kerk ? te ? Echtgenote is Elisabeth (Elisabeth) Louis de GEER [27216]. Geb. op 28-11-1617 te Amsterdam (bron: ?), ged. (Waals) op 01-12-1617 te Amsterdam (get.: Hans van der VOort Marijne Maria Gerrewijns) (bron: DTB Amsterdam inv nr 130). . Overl. op 25-08-1659 te Groningen op 41-jarige leeftijd (bron: Grafzerk in de Aa kerk Groningen), begr. op 04-09-1659 te Groningen. Dr. van Louis (Louis) de GEER [27217] en Adriana (Adriana) Gerards ? [27218]. - In 1644 laten zij hun alliantiewapens aanbrengen op hun huis aan de Ossenmarkt 5 in Groningen. Tekst op grafzerk: IN MEMOR AETERNAM ELISABETHAE DE GEER, VIRI GENER. ET MAGNIFICI DN. LUD. DE GEER, DN. IN FINSPONG FILIAE, D. TOBIAE ANDREAE, A.L.M. HIST. ET L. GR. PROF. ORD. IN HAC ACAD. UXORIS DESIDERATISS. CUMQUA ANNOS FECIT XVI, M. III, D. Ill, S.Q.E.R. NATAE AMSTEL. AN. CHRISTI MDCXVII, M. NOV., DENATAE GRON. AN. CHRISTI MDCXLIX, M. AUG., EXUVIAS IN SPEM BEATAE RESURRECT. [HUC] DEPOSUIT MARITUS MOESTISS. GEERIA; STEMMATE CONIUGIO ANDREA FOEMINA [FAMA] HANNA [ET] DORCAS, ABIGAIL QUE SIMUL THESOURUSQUE DOMUS DESIDERIUMQUE MARITI CORPORE QUAE CUBAT HIC ELISABETHA FUIT. O.Z. |
3. | m | Willem (Willem) Tobiasz ANDREA [27167] (code: 2^12+3510), geb. rond 1605 te ? (zie 7506). |
4. | m | Ernst (Ernst) Tobiasz ANDREA [27233]. Geb. ±09-1606 te ? (bron: ?), ged. (Gereformeerd) op 24-09-1606 te Braunfels (DE) (bron: ?). Overl. op 02-04-1652 te Weinheim (DE) (bron: ?), begr. ? te ? - Op 06-10-1623 studie te Herborn. (,"Braunfelsensis Solmeius. verbi dei minister. Dantisci Borussorum. postea inspector weinheimensis") Dit volgens Matrikel der Hohen Schule Herborn (bron: ?) - Op 05-04-1627ingeschreven aan de universiteit te Bremen (26) ("Braunfelsens. Solmaejus") Dit volgens Matrikel des Gymnasium Illustre zu Bremen (bron: ?) - In 1629 student in Groningen (bron: ?) - In 1632-1634 studie te Weinheim (bron: ?) - Tussen 1637 en 1642 hervormd predikant in Danzig (bron: ?) - Tot 1642 predikant in Speyer (bron: ?) - in 1651 predikant in Weinheim (bron: ?) Dit volgens G. Biundo, Die evangelischen Geistlichen der Pfalz seit der Reformation, Neustadt/Aisch 1968, Nr. 76. J. Gruch, Die evangelischen Pfarrerinnen und Pfarrer im Rheinland I, Bonn 2011, Nr. 196 (bron: ?). Otr. [8185] ? te ? Tr. voor 1638 te ? (bron: ?), tr. kerk ? te ? Echtgenote is Susanna Margaretha (Susanna) Christiaans ENGEL [27234]. Geb. ? te ? Ged. ? te ? Overl. ? te ? Begr. ? te ? Dr. van Christiaan (Christiaan) ENGEL [27235] en ? (?) ? [27236]. |
5. | m | Johann Daniel Gottfried (Gottfried) Tobiasz ANDREA [27237]. Geb. op 27-07-1611 te Braunfels (DE) (bron: ?), ged. (Gereformeerd) op 18-08-1611 te Braunfels (DE) (bron: ?). Overl. op 16-04-1692 te Bad Kreuznach (DE) op 80-jarige leeftijd (bron: ?), begr. op 21-04-1692 te Rudesheim (DE) (bron: ?). - Op 09-10-1621 zijn de broers Tobias en Johann Daniel Gotfried studenten in Herborn.(Braunfelsensis Solmensis. historiarum et linguae Graecaeprofessor in acad. groningensi"). Dit volgens Matrikel der Hohen Schule Herborn (bron: ?) - rond 1622 studeren in Groningen. (bron: ?) - In 1634 rector in Weinheim (bron: ?) - in 1634, op de vlucht naar Worms naar zijn moeder (bron: ?) - in 1635 naar Engeland, Frankrijk en Zwitserland. (bron: ?) - In 1648 terugkeer in Weinheim. (bron: ?) - van 1649 tot 1659 predikant te Neckargemünd (bron: ?) - van 1659 tot 1675 predikant te Gau-Odernheim en Kreuznach (ook Inspector) (bron: ?) - op 15-12-1658 vermeld in Bammental (bron: ?) Dit volgens Nieuwe, Badisches predikant Boek, deel II, 1939, p.22 Diehl, van de predikanten en schoolmeesters boek Rheinhessen, 1928, S. 104. Rozenkrans, De Evangelische Rijnland, II. Band, 1958, blz 8. Otr. [8186] ? te ? Tr. op 40-jarige leeftijd op 12-08-1651 te Neckargemund (DE) (bron: ?), tr. kerk ? te ? Echtgenote is Helena (Helena) Hans TRESAL [27238]. Geb. 02-1633 te Danzig (PL) (bron: ?), ged. ? te ? Overl. op 09-10-1681 te Bad Kreuznach (DE) (bron: ?), begr. ? te ? Dr. van Hans (Hans) Antonsz TRESAL [27239] en Maria Elisabeth (Elisabeth) Andreas MITZ [27240]. |
1. | v | Rebecca (Rebecca) Luder TIDEMAN [27168] (code: 2^12+3511), geb. ? te ? (zie 7507). |
1. | m | Barent (Barent) van WASBERGEN [15366] (code: 2^12+3444), geb. ? te ? (zie 7540). |
1. | m | Harman (Harman) Gerritsz de GROOT [2119] (code: 2^12+3456), geb. ? te verm. Swaij / Oldenburgerlant (DE) (zie 7552). |
1. | v | Geertuij (Geertruij) Jurriaans ? [2120] (code: 2^12+3457), geb. ? te verm. Zwolle (zie 7553). |
1. | m | Jan (Jan) Teunisz de WEVER [2117] (code: 2^12+3458), geb. ? te ? (zie 7554). |
2. | m | Jacob (Jacob) Teunisz de WEVER [18515]. Geb. ? te ? Ged. ? te ? Overl. ? te ? Begr. ? te ? Otr. [5655] ? te ? Tr. ? te ? Tr. kerk ? te ? Echtgenote is ? (?) ? [18517]. Geb. ? te ? Ged. ? te ? Overl. ? te ? Begr. ? te ? Dr. van ? (?) ? [18518] en ? (?) ? [18519]. |
3. | v | Guurtje (Guurtje) Teunis de WEVER [18516]. Geb. ? te ? Ged. ? te ? Overl. ? te ? Begr. ? te ? - Op 27-05-1657 genoemd als getuigen bij de doop van Teunis zoon van Jacob de Wever (bron: DTB Beemster inv nr 1a) - Op 11-06-1662 genoemd als getuigen bij de doop van Trijntje dochter van Jacob de Wever (bron: DTB Beemster inv nr 1a). |
Eerste blad Vorig blad | Blad 495 van 627 bladen. | Schema Volgend blad Laatste blad |