Oud Recht 5601 / 82 Obdam pdf18-04-2023 pag. 1

   pag 82
zegel 24 st[uivers]

wij Gerard Post bailliuw en
schout der heerlijkhijt Obdam
Jan van Twisck en Oolf Backer schepe
nen aldaar doen te weten dat voor ons
gecompareert zijn de gesamentlijke erf
genamen van Pieter Oolfs Lindeboom
en Barber Jans in hun leven egtelieden
de welke verklaarden verkogt te hebben en
dien volgende op te dragen ende transporte
ren aan Elbert Boots wonende in de
Wogemeer een stuck landt leggende
onder Obdam genaamt de Rijme groot


solvit den XLe
pen[ning]

1027 roeden en belent juffr[ouw] Knap ten
zuijden en de kirke wijmt[?] ten noorden
van welke verkopinge ende transport
bekenden de comparanten algeheel vol
daan en wel betaaalt te weten den laatsten
penn[ing] met den eersten belovende oversulks
het voors[zegde] landt te zullen vrijen ende
waren voor alle evictien op in aantaal
die daar op zoude mogen worden gedaan
soo men na regten ende costuijmen deser
heerlijkhijt schuldig is te doen
daar voor verbindende hunner comp[arante]n
personen ende goederen stellende deselve
ten bedwange van alle heren hoven
regten ende regteren in teken der waar
hijt is de uijtgegven deses bij den off[idie]r
voorn[oem]t gezegelt en bij schepenen geonderte
kent aldus getransporteert den 24e april 1736

 

Gerard Post
     Jan van Twisk
      Oolf Bakker


Homepage | E-mail