den inhoud deses is voldaan en op order van den houder deses geroijeerd den 4 april 1794 bij mij secretaris
A Scholten | Wij Arendt Scholten bailluwe en schout der steede ende vrije heerlijkheijd Spanbroek Alewijn Clomen, Dirk Mieeusz scheepenen aldaar doen cond dat voor ons gecompareerd zijn Jacob Adriaansz Heddis en Grietje Teunisz Jonker egtelide woonende in de Zuijdermeer onder Spanbroeck de isoum[?] ten dese met haaren met haaren man geassisteerd en door dezelve hier toe ( onder afstand van de benficie sanatien consulti velliani idem stutentil_-a codicili sequa mulier t regt van dota[?] En legale hijpotheecq midsga ders alle anderen gerregten de getroude vrouwen competerende soo uijt beschre vene regten als __ particuliere contrac
ten ) wel en specialijk gequalificeerd verklaarende te saamen en ider in solidum onder renundiatie van de bene ficien duobus reis debendi zijnde den inhoud van gemelde beneficien ons com paranten wel onderregt bekkennende en verklaaarende wel en deugdelijk schuldig te zijn aan ende ten behoeve van Pieter Germensz woonen de in de noorder onder Woglum een somma van twee honderd caroli guldens van veertig grooten het stuk gpruijtende ter saaken van suijvere geleende en aangetelde |
| op intrest gedaane penningen ten onsen genoegen ontfangen en genooten renuntierende vervolgens van de uit vlugt van onaangetelde gelden en alle andere waar door de deugde lijkheijd dezes maar enigsinds zoude kunne
worden benadeeld belovende de voorn[oemd]e somma van twee honderd guldens wederom te zullen op brengne aflossen en voloen heden over een jaar nae dato deses met de intres ten tegens drie gulden en vijf stuijvers van t honderd in t jaar ten waarde geheele hoofdsom met genoegen weder sijds wird ge laten in welk een gavel de intresten koers en gang zullen blijven behouden tot de geheele hooftsom zal zijn afgelost welke aflossing zal vermogen en ook moeten ge schiden in vrij gangbaar gelt sonder enige korting hoe genaamt mids malkandere bevoorens drie maande behoorlijke waar schouwing te doen tot nakoominge van t gund voorchreven verbinden zij comparanten tot een speciale hijpotheecq een huijsmans wooninge met seventien morgen en 30 roeden land staande
ende gelegen in de zuijdermeer onder de jurisdictie van Spanbrouck belend met Maarten Sijmonsz ten zuijden en Jan Boods ten noorden als meede al hunne koeijen en levendig vee boere gereetschap pen huijsraat en inboel niets uijtgesonderd |
solvit 40 penn[ing] met d 1/10 verhoging | en schout voorn[oem]t naa dat dese en den
brief bij scheepenen was getekend mijn zeegel in roode lakken daar opgedrukt den 23 februarij 1793 in kennisse van mij secretaris A Scholten |