Oud Recht 5574 / 148 Spanbroek pdf18-06-2023 pag. 1

 

Wij Arendt Scholten bailliuw en schout
der steede ende vrije heerlijkheijd Spanbrouck
Jan Broerties en Steven Satleloin schepenen aldaer
doen cond dat voor ons gecompareerd zijn
Jan Adriaansz heddis ende Nan Jacobsz
egtelieden woonende in de Zuijdermeer
onder Spanbrouck de vrouw ter deeser
door haaren man geassisteerd en door de zelve
hier toe (onder afstand van de beneficien
sonatus consulti velliani item dehatentica
codicis si qua mulia t regt van date te
legaal hijpotheecq midsgaders alle andere
voorregten de getrouwden vrouwe zoo volgens
de beschreven regten alsuijt paritculiere
contracten andersinds competeerende) wel
specialij gequalificeerd verklaaren te
saamen en ider in solidum ende renuntiatie
van de beneficien de duobus vel pluribus
reisdebendi zij de den inhouden van ge
melde beneficien ons comparanten wel onder
regt en dus ten vollen bekent en bekenne
daer wel en deugdelijk schuldig te weesen
aan ende ten behoeve van Klaas
Arisz Decker
woonagtigh te Westwoude
 

een somma van twee duijsend en acht hon
derd caroli guldens tot veertig groote vlaams
het stuk spruijtende ter zaaken van zuijvere
aangetelden en op intrest gedaane penningen
ter onse genoegen uijthanden als booven
op heeden ontfangen ende genooten
renuncieerende vervolgens den uijtvlugt
van onaangetelde gelden en alle anderen
waar door den deugdelijkheijd deezes maar
eenigsins zoude kunne worden bena
deeld beloovende den voorn[oemde] somma van
twee duijsend en acht honderd guldens
wederom te zullen opbrengen aflossen
voldoen heeden over een jaar nae dato deses
met de intresten van dien tot drie gulden
ses stuijvers pro cento s jaars ten waar de
voorschreve hooft zom het zij in t geheel
ofte ten deelen langer onder ons beijde
ofte een van beijden met genoegen wederzijds
wierd gelaaten in welken gevalen den intrest
zijn coers en gang zal blijven behouden
tot de geheelen hooftzom zal zijn afgelost
welke aflossingh zal vermoogen en ook moeten
geschieden in vrij gangbaar gelt zonder eenige
koringe hoe genaamt mids malkanderen
drie maanden bevoorens waarschouwinge te doen
 

  tot nakoominge van t gund voorsz[egd] is verbinde
zij comparanten tot een speciaal hijpotheecq ende
onderpand een huijsmans wooninge met eenentwintig
morgen 260 roede land staande ende gelegen
in de Zuijdermeer onder Spanbroeuck belend
met Pieter Mul ten westen _______ en
Louwerus Pietersz Schilder ten oosten

voords generalijk alle hunne comparantens
hebbende en te verkrijgene goederen geene
van dien ter weerelt uijtgesonderd de zelve
subiect makende alle regters en regten

Solvit 40 penn[ing]
met d 1/10 verh[oging]

 
 
     Ter oirconde hebb ik bailliuw
voorn[oem]t na dat deesen en den brief
bij scheepenen was geteekend mijn zeegel
in rooden lakken daar op gedrukt
den
                  in kennisse van secretaris

                   A Scholten

                   Jan Broertjes
                   S Chatteljon


Homepage | E-mail