met Evert Janssz ten suijden ende de erffgen[amen] van Allart Pietersz ten noorden daer aff t resterende derde paert is competerende ReijnuReijners reijpes de moede van de comparante met voorwaerden dat dvoorn[oemde] coper noch sijne naercoemlingen tot geenen tijden sal moogen timmeren op het ackertge gecomen van Jan Allertss de broeder van P[iete]r Albertsz voorn[oemd] leggende int voorsz[egde] lant vechtwerd[?] huijsinge van de selve Jan Allertsz gecoemen sende bekende daer aff voldaen ende belooffde voor t sulcx de voorsz[egde] 2/3 parten van de voorsz[egde] 2 persselen lants ende van de voorsz[egde] huijsinge te vrijen ende waeri borg
Reijnu Reijnerssz voorn[oem]t met adsistentie van Jaep Copes haer voocht in desen vermogens brieve van quijtscheldinge in date 30 januarij 1625 bogans[?] wij Claes W[ille]ms Dirx ende Fredrick Broecker Schoxs des bekende Jan Gangolffs verschuldich de som[m]a van 8940 gul[den] te betaelen op den eerstcomende meijen |