| Wij Adriaan van Coevenhoven schout tot eemskerck Dirck Lourisz Cruijswegh en Cornelis Claesz Morsch sche- penen aldaer oirconde en kennen, dat voor ons geco-
men ende verschenen is, Jan Arijensz Hogewerff woonen- de alhier dewelcke bijdesen bekende gecogt te heb- ben vande voogden overt onmondige kindt van saliger Jan Lourisz Hogewerff en Antie Maertens alhier tot eemskerck overleden, een huijs, erff en tuijn en landt groot te samen 801 roeden staende en gelegen binnen desen dorpe aende oostersijde, belent ten suijden de kinderen van Jonge Louris, ten westen de oosterwegh, ten noorden de erffgenamen van Jan Heijndricksz, en dat voor de somme van f 560-0-0 welcke somme hij comparant beloofde te betalen op twee eerstcomende meij dagen als de eene helft op meij 1691, ende de wederhelft op meij 1692, ende dat alles met vrij suijver goet en ganckbaer gelt sonder eenige cortinge te mogen doen, Stelde en verbonde
hij comparant voort gene voors staet ten onderpande specialijck sijn persoons huijs, erff, tuijn en landt soo als het selve op heden aen hem comparant getransporteert en opgedragen is, mits- gaders sijn persoon en generalijck alle sijne goe- deren roerende en onroerende present en toe- comende gene uijtgesondert maeckende alle de- selve subject alle reghten reghteren en executien, Toirconde dese bij mij schout voornoemt besegelt en bij ons schepenen geteeckent opden 21 augustij anno 1691 |