Oud Recht 255 / 73v Heemskerk pdf 30-05-2020 pag. 1

Wij Hessel Jansz Bonckenburgh schout
tot heemskerck Aerjan Sijmonsz ende
Jacob Pietersz scheepenen aldaer
oirconden ende kennen dat voor ons gecom-
pareert sijn Poulus Pietersz Schuijt
in huwelijck hebbende Aecht Maertens
woonende in wijck aen duijn, Sijmon Arentsz
onse buerman Claes Jansz Bouwt woonen[de ]
inde beverwijck, Pieter Willemsz
woonende tot velsen Aerjan Maertensz oude
buerman Jan Gerritsz woonen[de] tot castricum
Aechte Cornelis woonen[de] inde wijck alle
voor haer selfs, ende haer tesamen starck
maeckende ende de rato caveren[de] voor
Rijck Maertensz ende de kinderen van
Louris Maertsz, Belijtje Wouters
woonende tot castricum, voor haer
selfs ende haer starckmaeckende ende de
rato caveren[de] voor Marijtje Wouters
ende Crijntje Wouters Jan Cornelisz
Goeman, Huijgh Willemsz
woonen[de] tot
velsen ende Belijtje Bancris woonen[de]
inde wijck, voor haer selfs ende haer te
samen starckmackende ende de rato caveren[de]
voor de kinderen van Marijtje Bancris
Reijer Claesz Peperthuijn
woonen[de] tot
uijtgeest, Willem Nielesz Jan Willemsz
Willem Wilemsz
, woonende inde wijck,
meede voor haer selfs ende haer te
samen starckmaeckende ende de rato
caverende voor de kinderen van Barent
Claesz
, ende Aechte Claes, Jan
Lourosz Hooghewerff
, onse buerman
voor hem selfs ende hem starckmaeckende
ende de rato caverende voor Corn[elis]
Lourisz
ende Beelijtje Louris als oock,
als tkint van Marijtje Louris
 

ende voordee noghe genaemt marijtjen
jansz lourisz
Garbrant Lourisz ende Jan
Cornelisz Droogh
, onse buerluijden voor
haer selfs, ende haer tesamen starck-
maeckende ende de rato caveren[de] voor
Aechje Cornelis, Trijntje trijntje Cornelis
Annetje Cornelis , ende de kinderen
van Grietje ende Marijtje Cornelis
alle erffgenaemen van Marijtje
Louris
inde wandelinge genaemt
Marijtje Jans, binnen onse dorpe
aende oostersij overleeden ende
bekende bij dese vercoft quijtgeschouden
ende in eigendomme opgedragen te
hebben aen ende ten behoeve van
Bartholomieus Willemsz Heems-
kerck
woonende inde beverwijck
eerst een stuckelants gelegen
binnen onse banne achter de
vogelkoij, groot vijftien hondert
sesen tsestich roeden, belent ten oosten
het boomjes lant, ten suijden vernellen
acker ten westen de vrouwe van
Poelenburgh
ende Wendalina vander
Laen
ten noorden de weduwe van Jan
Cornelis Fransz
, met een vrije uitwech
over Jan Cornelis Franses weduws
lant, ende voort op de maersloot toe,
ende belast met een notwech die tvoornoemde
boomjes lant daer over heeft,
ofte met soo danighe not ende overwege
die dit lant heeft, ende moet dragen
ende tselve lant gehadt heeft daer
de cooper hem met moet
contenteeren doch bijden hoop
met de voet gestooten soo
als tselve in sijne naeste
belenders gelegen is
sonder van over maet
te proffiteeren ende van onder
 

maer te corten Item noch
de vierde paert van een weijt
lants, gelegen achter thuijs daer
de voornoemde Marijtje Louris aen de
oostersij is overleeden groot
int geheel 1771,5 roeden doch
bijden hoop soo groot ende cleijn, als
tselve binnen sijne naervolgende be-
lenders gelegen is sonder van
overmaet te proffiteeren ofte
van ondermaet te corten
met de belastinge van een notwech
die Jacob Jansz Heijnstman daer
over heeft belent ten oosten de
necksloot en suijden Cornelis Claesz
tenwesten ende noorden Jacob Jansz Heijnst-
man
, van welcke vercoopinge ende
opdraghte sij comparanten bekenden
al ende ten vollen vernoecht voldaen ende
wel betaelt te sijn met de somme van 860-0-0 contant ende
gereet gelt ende ende daer van den
eersten penninck metten laesten ontfangen
te hebben scheldende mitsdien den
voornoemde Bartholomieus Willemsz Heemskerck
daer van vrij ende quijt, belooffde sij
de selve landen te vrijen ende te waeren
van alle andere lasten opstallen ende
beswaernissen alles naer rechte
vande lande ende costume van
onse dorpe stelde ende verbonde
sij daer vooren ten onderpande
haere persoonen ende goederen maeckende
de selve alle daer voor subject
alle rechten ende rechteren Toirconde
etc[etra] den 12 feb[ruari] 1681

  Aerien Simense
  Jacob Pietersz

bij mij schout ende
secret[aris]
HJ Bonckenburch
      1681


Homepage | E-mail