Gesien bijden hove van van Utrecht t proces hangen[de] ongeijrendeert[?] tusschen Gijsbert ende Anthonis van Schaijck gebroeders soe zij procederen imp[itran]ten in cas d appel ende van requeste civil ter eenre ende Elisabet Frans van Riebeecx d[ochte]r gedaechde debatherende die voorsz[egde] requeste civil ter andere zijden gesien mede het besoigne vanden comissaris gedaen op poincten van officie bij den hove voors[zegd] geadviseert opten ijs december lestleden mitsgaders zeeckere somiere staet en inventaris van de naegelaten goederen van za[liger] Marcelis Petersz van Helsum bij partien alhier den comissarisvoorsz[egd]aengebracht t voorsz[egde] hoff doende recht aen[?] (sonder regarde te nemen op d[e] voorsz[egde] gequeste civil die d[e] imp[itran]ten nijet van doen
en hadden) heeft veclaert bij desen wel geappelleert ende qualicken bij die van den gerechte der stadt Utrecht gewesen te zijn ende doende dat die vanden gerechte voorsz[egde] behoorden gedaen te hebben heeft verclaert ende verclaert ende verclaert bij desen den eijschersse in haeren eijsch sijnde ende conclusie (beroerende den trouw) te wesen nijet ontfanckelijk noch gefundeert absoluerende daer van den verweerders zoe zij procederen ende doende voorten recht pt laetste poinct vande voors[zegde] conclusie ter eersten instan gewonen heeft gecondemneert ende condemneert bij dese cle[em ?] verweerders aen handen vanden eijschersse te betalen (boven t gundt zij tot dese dach toe vanden jaerlicxen incompst der goederen voors[zegd] ontfangen heeft (t welck zij
behouden sal die somme van zes hondert carolus gulden eens den gulden tot twintich st[uivers] gereeckent compenseren die costen van beijder instrantien binne[?] rerbaren[?] actum putibus d. d. Brouxelles Canter Pauw Sofius Ruijsch ende radelant Gepronincheert den lesten februarij 1584 Die prince van oraignen grave van nassou ende stadthouder d eerste ende andre vanden hove ende rade provinciael georineert waer die landen van Utrecht alle de geene die desen onse opene brieven van sententie sullen sien ofte hooren leesen saluijt alzoe inden jaere 1579 seecker proces ende geschil voor die vanden gerechte der stadt Utrecht verresen waere geweest tusschen Elisabeth Frans van Riebeecks dochter eijschersse ter eenre ende
Marcelis Petersz[oon] van Helsum gedaechde ter andere zijden spruijtende die voors[zegde] zaecke buijt dien dat ik voorn[oemde] Elisabet Frans dochter op den XIX junij anno voorsz[egd] bij een schouten buijten dienaer in arreste hadde doen stellen alsulcke goederen las die voorn[oemde] Marcelis Petersz[oon] van Helsum binnen Utrecht hadde een sdeels wesende in sekere des voorn[oemde] Marcelis huijsinge staende aende Nijeuwe gracht binnen Utrecht mitsgaders die huijre van selve huijsinge voor alsulcke actie als de voorn[oemde] Elisabet hadde jegens den voorn[oemde] Marcelis bewerende den contracte van huwel[ijk] tusschen henl[uiden] geweest ende ten epule de zelve Marcelis Petersz[oon bij middele voorsz[egd] bedwongen soude
mogen worden omme t selve contract te kennen ofte ontkennen naer behoren waer naer als op den XXVIIJ junij voorsz[egd] hadde die voorn[oemde] arrestante jegens den voorn[oemde] MarcelisPetersz verlent[?] woordende sijne gearresteerde goedere) op de rolle vanden voorsz[egde] gerechte doen puteren omme eijschen te doen ende t selve doende geconcludeert ten fijne dat bijden voorsz[egde] gerechte verclaert soude worden tussechen haer ende den voorn[oemde] Marcelis geconrachaert te zijn wettelick huwelijkc ende dat oversulcx de voorn[oemde] Marcelis gecondemneert soude worden t selve te voldoen endet solempnliseren naer gewoonte en ordonnan[tien] daer toe staende concluderende voorts tot alsulcke alimentatie als die vanden voorsz[egde] gerechte naer
gelegentheijt van des gedaechdes goederen bevunden souden te behoren ofte dat hij anderssins gecondemneert soude worden in alsulcke somme van penn[ingen] tot behoueff van de imp[itran]te als uuijt die deductie van de saecke bevonden mochte worden redelijk ende behoirlick te zijn maeckende voorts eijsch van costen schaden ende interesse ofte anders aen[?] waer jegens de voorn[oemde] gedaechde voor antwoorde hadde doen seggen dat de voorn[oemde] impetrante hem ter cance vande pu[..]se trouwe van te vooren hadde doen betrecken voorden officiaelande eerstbischopvan Utrecht alwaer oick bij naer tot conclusie inder saecke geparedeert was dan hadde d[e] imp[itran]te daer naer vande selve instantie gerenuncheert gehadt jegens welcke renunciatie de gedaechde hem geepposeert hadde sustinerende
dat hij gehouden was te renunchieren endemede juri liti et cause ende was eijntelick bijden voorn[oemde] officeel verclaert geweest dat die voorsz[egde] renunchiatie nijet en mochte substituerensubstitueren ten waere d[e] eijschersse mede renunchieerde jinci liti et canse welcke sectentie d[e] eijshcersse oick sonder enige appellatie hadde laeten gaen in crachte van gewijsde ende diens nochtans niet tegenstaende den gedaechde in gechte doen rompen ter caude vande pu[]se trouwe voordie vanden voorsz[egde] gerechte elx stadt Utrecht waer jegens bij hem gedaechte geproponbert[?] zijn d exceptie van litspendentie ende inompetentie vanden rechter hadden nochtans die vanden voorsz[egde] gerechte die voors[zegde] exceptie revectuerende den gedaechde georcht[?]
ten pu[]le t antwoorden van welcke sententei als habben van definitive den dedaechde hem geconstitueert hadde appellant aenden voorsz[egde] hove dan alsse dies nijet tenstaende deijschersse was voorts procederen[de] voorden gerechte voorsz[egd] soe hadde de gedaechde in hererende altijts ende onvermindert zijne geproponeert exceptie appellatie ende geobtineerde inhibitie soe antwoordende ten pu[]le doen seggen wel expressel[ijk] te ontkennen de eijsscherse enige trouwe ofte vblie[?] van trouwe gegeven te hebben waer dair hij haer lostich ofte plechtich soude zijn veel min gehoude de boorn[oemde] Elisabet voor zijn echte huijsfr[ouw] te kercke te leijden ende met haer huwelijck te solemniseren gemerct dat de trouwe bijde imp[itran]te gepretendeert soude geschiet sijn (soe zij
voorden geestelicken rechter gesustineert hadde inden jaere XVe LXXVIJ ende was notoir dat bij het coucilium van Trenten alle trouwen anders gedaen dan voor een pastoor ende twee getuijgen werden expresselick verclaert te wesen nul geen ende van onweerden welcke concilium oick inden jaere 1565 alomme binnen die kercken der stadt Utrecht gepubliceert was sulcx dattet voorsz[egde] articule nopende die trouwe een ijegelick notoir en heuwel[ijk] was ende hem daer naer oik waeren regulerende ende de voorn[oemde] eijscherse daer van mede goede kennesse hebbende hadde tot meermaels versocht ende gevordert dat hij gedaechde haer voorden pastoor ende twee getuijgen in confomire van t voors[zgede] concili soude willen trouwen dan de gedaechde geenssins
van meninge zijnde hem in echte mitte eijsscherse te begeven en hadde daer toe noijt willen verstaen stout oik te noteren dat hij gedaechde voor de pu[]se trouwe was geweest ende oick alsnoch was vande ouderoomschereligie als oick ten tijde voorsz[egd] mede geweest was deijscherse gemerct dat alsdoen binnen Utrecht geen andere religie bekent ofte onderhouden en werden sulcx dat d[e] eijscherse nijet en soude doen blicken dat zij haer religie ende gelooff voor de pu[]se trouwe gealtereert hadde gehadt twelck oick daer uuijt blijckende was dat zij den gedaechde doen ter tijt ter canse vandien hadde doen betrecken voor den officiael van Utrecht dien verstaende dat zij voorden voorn[oemde] officiael nijet obtineren en soude overmits het voorsz[egde] concilie van Trenten hadde haer gedraegen als gealtereert
ende vande nijeuwe religie wesende doende dae naer den gedaechde betrecken voor drie vanden voorsz[egde] gerechte die stadt Utrecht ende dat wel temene ende geheel nulliter gemerct dat nij[?] en soude blijcken die indicatire van saecken matrimoniael bij enige behoirl[ijk] statueten ofte ordon[anti]en den geestel[ijk] rechter benomen ende die vanden voors[zegde] gerechte geappliceert te zijn als oick nijet gedoreert en soude worden t voorsz[egde] concilie van Trente ofte die bescreven geestel[ijk] rechter bij enige publicatie gerenoree__ ofte te nijete gedaen geweest te zijn maer soude wel blijcken ter contraent dat bij de pacificatie van Gent ende g[ene]rael unie mitsgaders oick die naerde unie binnen Utrecht gepubliceert een ijgelick soo geestel[ijk] als weerlick zijn jurisdictei privilegien
exemptien ende gerechticheijden wel expresselick waeren gereserveert ende al waere het also (dat hij gedaechde nochtans nijet en wiste ende oversulcx ontkende) dat t voorsz[egde] conciliim bij enige publicatie mochte wesen gederegeert ofte enige nijeuwe ordonan[ti]en opt stuck van trouwe gemaect soe en konde nochtans (volgende die bescrevenen rechten) t selve hem nijet vorder extenderen dan alleen ad casus die daer naer gereuct offte gevallen waeren ende den conde daeromme een nijewe constitutie t contract wesende ipfo iure nul ende van onweerden tot prenivitie van geinteresseerde partie nijet reialideren dan behorden alsulcke saecken beslecht te worden naer die rechten die daer waeren ten tijde vanden voors[zegde] contracte ende al mochte al verstaen werden die pu[]se trouwe naer behoiren
geschiet geweest te zijn (Als neen[?] omme redenen voorsz[egd] zoe zoude in sulcken gevalle wel ende claerlick blijcken die selve soude trouwe deur vreese ende bedwanck vallende oick in constanten gedaen te zijn daer bij vouge[lijk] dat al weldeuren[?] ald die saecke beslichten volgende die nijewe religue diemen noempt die gereformeerde (des neen) soe en soude al evewel die pu[]se trouw nijet moeg[en] subsisteren als nijet gedaen zijn bovale ministers ende vergaderinge gemerct dat naer de zelve religie geen trouwe en werde gehouden voor bundich dan die geschiet was voor den ninister ende vergaderinge ontkenende voorts den gedaechde omme redenen voorsz[egd] gehouden te zijn d impetrante enige alimentatie te geven ofte oick haar eere te verbeteren gemerct dat hij de zelve nijet en
hadde geniteert immers in sulcker vougen dat hij daeromme tottee voorsz[egde] verbeteringe gehouden soude zijn want naer rechten nijet bevonden en werdt dat een jonckman een dochtere die haer van selffs ende ongeroupen ofte ongebeden in sijn bedde gaff gehouden soude zijn haere eere te verbeteren # als hij de selve niet listige practiquen verleijt ende bedrogen hadde ende nijet als zij een jonckman haer rijckerwesende sochte te bedriegen ende deur die blijslaxe tot trouwe mietter tijt te beleijden concluderende daer omme w |