te megen verhaelen aen alle des voorsz[egde] Corn[elis] Pietersz zijenen erven ende naecomelingen goeden roerende ende onroerende tegenwoordige ende toecomende leggende binnen den banne van Assendelft ende daer buijten ter werlt egeen uuijtgesondert alles ter goeder trouwen zonder arch ende list der waerheijt oirconde soe hebbe ick schout voorsz[egd] dezen brieff in presentie van Jan Dircxz ende Dirck Dirckz van de Lange Laen schepenen tot Assendelft die dezen mits zij zelver geen zeegel zijn gebruijckende onderhantteijckent hebben ter requisitie van hem comp[ar]ant besegelt met
mijnen zeegel hier beneden aengehangen opten IXen dach in augustus anno XVc vijffende tachtich t merck + van Dirck Jan Dirck Dircksz van Lange laen |