Archief van schepenen 5062-82 / 318 Amsterdam pdf 22-06-2019 pag. 1

f450: _
1200:bele
f1650:-:-

Wij Willem Backer Dircksz en Willem Munter
schepenen in Amsterdam oirconden en konnen dat
voor ins gecompareert zijn Paulus Been fulpwercker en
Lijsbet van Dijck desselfs huijsvrouw ten dezen bij de voors[zegde]
haere man geadsisteert en soo vere noots sij geauthoristeert
all haere wettige en gedoren voogd in dezen en gelieden
vercogt opgedragen en quijtgeschouden te hebben aen Carel
Philipsz Kuvel
passamentwercker eerst een huijs en erve
 

staende en gelegen in de Rosestraet aen de suijdsijde
tusschen de twee laetste dwarsstraeten belent de wed[uw]e
van Jan de Winter aen de oostzijde en de wed[uwe] Vene
mans
aen de westzijde streckende voor van de straet
tot agter aen de voorn[oemd]e coper en dan nog een huijs en
erve staende en gelegen op het weespad in de Rose
dwarsstraet belent Claes Claesz aen de oostsijde
en Jacob Gazijn aen de westzijde streckende voor
van het voorn[oemd]e weespad tot achter aen de voorz[eg]t
coper voorts in allen schijn en sodanig als de voorsz[egde]
twee huijsen en erven aldaer gelegen zijn bekent
en betimmert staen en sij comp[aran]ten gelieden daer af
al voldaen en wel betaelt te wezen de lesten
penn[ingen] met den eersten soo dat sij daeromme beloofden
(onder verband van alle hunne goederen roerende)
de voorsz[egde] twee percelen te wijen en vrij te waeren jaer
en dag als men in gelijcken schuldig is te doen en
alle oude brieven aftenemen uijtgesondert een
schepenen kennis van twaelf honderd guldens cap[itaal]
bij de voorsz[egde] vercoper den 23 maij 1705 ten behoeve
van Margarietje Gerrits wed[uw]e van Otto van As gepass[eert]
de welcke den voorn[oemde] coper Carel Philipsz Kuvel
mede comparerende tot sijnen costen neemt en belooft
de voorsz[egde] vercoper van deselve in d intrest daervan te
verschijnen te sullen bevrijden onder verband van
de voorsz[egde] twee percelen en voorts als nae regten
sonder arg etc[etr]a in oirconde desen bezegelt den 30
october 1708


Homepage | E-mail