Op heeden den Agt en twintigsten maart se ventien honderd en vijftigh compareerde voor mij Dirk Oskamp notaris s hoofs van Utrecht binnen Utrecht residerende groot achtbare heren borgermeesteren en vroed- schap derselver stad gead- mitteerd en voor de nabe- noemde getuijgen Evert Gijsbertse Verweij de welke verklaarde gehuurt te hebben van den m[eeste]r
Jan Jacob van Westrenen heere van Lauwenrecht etc[etra] sekere ontrent drie en een half mergen weijland edog zo groot en klijn t zelve gelegen is onder den geregte van Klijn Vuijlcop zijn de het Cadelant dat voor den tijd van ses aan een volgende jaren die haren aanvang genomen hebben met den 1e jan[ua]rij 1748 jaarlijx en alle jaar voor en omme de somme van vijftig gulden a 20 st[uive]rs t stuk eens geld boven t personeel mergengeld en jaarlijx twaald hele vogels tot toepagt zullende den heere verhuurder alle verdere lasten betalen te betalen de voorschreve huurpenningen op Corsmis in ider jaar den huurders zal jaarlijx en bij ver- wisseling een van de drie campen mogen hoijen mits daar jaarlijx veertig goede voeders klare koemessie opbrengende verders zal den huurder dit gehuurde land behoorlijk moeten grup-
pulen en houden uijt alle ordinaire en extraordinaire schouwen en banwerken geene uijtgezondert alles op zijn huurders kosten daar is geconditioneert dat het ten allen tijden aan den heer verhuurder vrij sal staan t reepje land onder Wulven tot dit land behorende te mogen verkopen waar voor de huurder als dan jaarlijx twee gulden aan zijn huurpenningen zal mogen korten int verdere zal den huurder reguleren na de ordonnatien en placcaten dezer provincie op het houden en verhuren van landen geemaneert en nog te emaneren zullende ook ingevolge van dien het willige hakhout op de cade staande mogen genieten mits daar een knootshooff dood of uijt is een jonge in de plaats te steken vertendende de comp[ara]nten tot nakominge dezes sijn haer personen en goederen de zelve onderwerpende de indicature
van den e[dele] hove van Utregt en allen anderen hoven regteren en geregten en omme deze voor allen tijden nader geregtelijk te reitereren en bekennen en hem huurder in den inhoude van dien vrijwillig te doen en laten condemneren ten sijnen kosten verklaar hij daartoe onwederroepelijk te constitueren en magtig te maken Jacob van den Doorslag pro[cureu]r voor den e[dele] hove van Utrecht ofte ijmand van de verdere proc[cureu]rs in der tijd aldaar postulerende hier toe eerst versogt belovende de rato versoekende hier van acte die is dese Aldus gepasseerd binnen Utrecht ter presentie van Adrianus Emmerij en Cornelis Gravens clertuen mijns notaris als getuijgen Evert Verweij A : Emmerij C : Graves Dirk Oskamp
1750 not[ari]s |