gros 6St[uiver]s Seg[el]
uts

no 60

Compareerden voor mij
Hendrik van Dam notaris _

Den wel ed[eel] gestrengen heer m[eeste]r Jan Leonard van Ewijck heer van den Engh en Themaat raad ordinaris in de ed[ele] hove deser provintie de welke verclaarden verhuert te hebben aan ende ten behoeve van Cornelis Speeck die alhier mede compareerde en ook in hure bekende aantenemen bij desen seekere hoffstede met ses en twintig mergen soo weij hooij als hennop land staande ende gelegen in Gerverskop tot nog toe bij den huurder bewoond en gebruijkt darhalven hem wel bekend en dit weder op nieuw voor den tijd van twaalff aan een volgende jaren die harn ingang genomen hebben ten reguarde van de landerijen met Kersmis 1751 en ten op sigte van de huijsinge met primo maij 1752 jaarlijx en ieder jaar voor de somme van drie hondert vier en sestigh gulden eens geld sulx den heere verhuerder alleen en int geheel sal moeten betalen alle reele en personele ongelden uijt de voorschreve

verhuurde hoffstede en landerijen gaande te betalen de voorgemelte huurpenningen op kersmis ieder jaar den huurder zall het voornoemde land uijt alle schouwen moeten houden soo van slooten dijken kadens en zandpaden niets uijtgesondert als mede alle messie op het verhuurde vallende op het selve te laten en behoorlijk over het land brengen alles buijten kosten van den verhuurder een voorts het gehuurde allesints moeten verbeeteren en niet verargeren en in alle het geene waar omtrent geen particulier conditien sijn gemaakt soo nopende het gebruijken en weder opleveren des voorschreve hoffstede en landerijen reguleren na de ordonantien en placaten dien aangaande geemaneert off nog te maken tot nacoming en voldoening van t geene voorschreve is de comparanten verbinden hare personen en goederen deselve onderwerpende de judicature en executie van den ed[ele] hove van Utregt en alle ander regteren en geregten constituerende den huurder beneven dien Jacob van den Doorslag procureur

naar den ed[ele] hove van Utregt en alle de verdere procureurs in der tijd aldaar postulerende te samen en ieder van hen in t bijzonder omme dese huurcedulle te retereren renoveren en bekennen en hem huurder daar inne bij welgemlten hove te doen en laten condemneren belovende de rato onder verband en submissie als voren

Aldus gepasseert binnen Utregt ter pers[enti]e van Jan van Dam en Dirk van Linden als getuijgen op den 22 april 1752

J:L:V:Ewijck

Cornelis Janssen Peeck

J:V:Dam

D:V:Linden

H:V:Dam nots