Notarieel U118a3 / 241 Utrecht | 28-01-2008 pag. 1 |
5 g[u]l[de]ns
8 stuij[vers]
Op huijden compareerde voor mij Tomas Vosch van Avesaat notaris | |
Op huijden den 14-aug 1718 compareerde ten prothocolle Cornelis Leonard van der Paad schout van Camerick aende Mijsijde exhi beerde de navolgende quitantie staende de als ter eerste acte hier van uijtgegeven versoekende dat deselve ten protho- colle mochte worden geregistreerdt het welke bij desen is ge geschiedt Also deser werelt overleder zijn Arij Meijndertsz Vlasman ende Maagje Dirks van Spengen in haar leven egtelieden gewoond hebbende op den nes en oud bodegraven # # nalatende tot haer lieden universele erfgenamen hunne twee dochters met namen Trijntje ende Grietje Arients Vlasman soo bekennen de onderges[chreven] Arien Pieterse van Vliet ende Trijntje Ariens Vlasman echte | |
Luijden voor de ene helft ende Jan Pieters van Vliet wed[uwnaar] ende enige geinstitueerde erfgenaem van sijn overleden huijs vrouw Grietje Ariens Vlasman ende uijt dien hoofde voor de andere helft ten volle of voldaen ende betaelt te zijn van sestien hondert gulden accoord ende uijtcoops penningen in dese notariele acte gemelt mitsgaders ook ten genoegen voldaen te zijn wegens recht ons op de vier mergen weij hoij en hennip land gelegen on- der den gerechte van spengen uijt hoofde nach voren staende acte gecom- pareert hebbende alles uijt handen | |
ende te oploeve van de verdere kindskinderen en samentlijke geinstitueerde erfgenamen van Grietje Gijsberts wed[uwe] van Dirk Willemse overleden in Oud Camerik namentlijk Gerrit, Harmen, Gijsbert en Grietje Romerts Overdam oversulks ons niet meerder competerende is wegenomen de grootmoederlijke vader ende moederlijke goederen van de voor gemelde Merrigje Dirks van Spengen opa zal[iger] ,oder en schoonmoeder respective renuntierende die halve ook X X wel specialijk van t recht aen ende toeseggen ons op de vier mergen lands in desen en t bovenstaende contract gemeldt gecompeerdt hebbende mitsg[ade]rs ook van alle verdere actien ende pretensien ons eenigsints aengecomen door t overlijden van de groot moeder vader en moeder van onse moeder ende schoonmoeder | |
voorn[oemt] alles ten behoeven ende voordeel van de voors[chreven] erfgenamen Jan, Grietje |
29 Augustij 1710 ingancx en obligatie van gelijcke twee hondert g[ulde]n bij Aart Cornelis Zpengen op den 23 meert 1703 gepasseert ten behoeven van de voorn[oemde] Willem Dircksz Spengen ende dat mede met de renten daer op ten achteren sedert den 23 maaer 1711 (sijnde de renten bij twee eerste computen aen de derde computen in gelde goetgedaen) ende de resterende lasten hondert guldens sullen onderste derde comput verblijven op intresse jegens den prectato int jaer ingaende op den eersten meij 1713 constaende ende te geduijren tot de volle ende effectuele afflossingen toe welcke afflossinge sal mogen ende oock moeten geschieden soo haest de derde comput het in hare bouro heeft om t voors[chreven] capitael ten allen tijden te mogen afflossen ende omme de twee eerste computen allesint secuir te stellen ontrent de voldoeninge van de voors[chreven] sestienbhondert g[ulde]n |
eerde erfgenamen van Grietje Gijsberts het voorsz[taande] parceell lande weder sullen moeten laten desolveren op haar Trijntje Ariens ende voorn[oemde] Jan Pieterse van Vliet als eenige geinstitueerde erfgenaem van zijn vrouw Grietje Ariens Vlasman ofte der selver kinderen respective voor soo verre consenterende dat dese vorenstaande acte ten prothocolle van den notaris Vosch van Avesaat zall werden geroijeerdt gepasseerdt ende te niete gedaen gelijk wij der selver notaris daer toe au- thoriseren bij desen actum ende ten oirconde desen bij ons Ø Ø sonder argh[?] ende list ondertekent op desen 13e februarij 1718 en waren ondertekent Arie Pieters van Vliet, Trijntje Ariens Vlasman, Jan Pietersz van Vliet | |
V of hooft posten ver__ te samen ede de afssonderlijke in t geheel
F in der vorgen t selve lant bij t voors[chreven] maaghge- scheijd van den 30 augustij 1683 is toebedeelt aen de tweede compute ende haer voorn[oemde] moeders zal[iger] denavolgende |
In der tijt van camerick staets gerecht V ten ende om uijt haren namen te compereren voor staat ende gergechte van Camerick ende staetsgerecht voors[chreven] aldaer te bekennen dat sij de voors[chreven] seshondert g[ulde]n deughdelijck schuldich is ende daer voor voor de jaerlijckse renten van dein te ver__ren sekere hofstede met twaelf ende een halff m[erge]n lants leggende gemeijnde[?] twee ende een halff m[erge]n lants de twee eerste computen competerende gelegen in Oud Camerick staets gercht met het meerdere getimer ende bepotinge daer op staende sijnde de streckinge ende de belending partijen over ende weder wel bekent Edogh dat de sleve ter t__ste sal geschieden tot costen van de twee eerste computen boven alle t welcke noch in eijgendom |
F als de reede ende personele ongelden die de selve derde comput gehouden is te voldoen |
voor het gebruijck van de voorschr[even] vier mergen noch over de jaren 1713 en 1714 sonder over voor gaende jaer ter voors[chreven] twee jaeren eenige huur afchedeelt[?] te hebben efte alsnoch te verschuldigen F mits dat in dien de derde compute mochte comen te overlijden voor het expireren van de voors[chreven] twee jaren dat sedert haer overlijden t gebrruijck van t selve lant sal comen aen de twee eerste computen waar jegens de twee eersten computen hier bij bekennen voors[chreven] voldaen ende uijt hooffden van de nalatenschap iets te behouden tot lasten van den voorn[oemde] derde compute hebben sal het effect van de renuntiatien der boedels van de voorn[oemde] Dirck Willemse ende de derde compute soo verclaren de twee eerste computen tot naecomminge ende prestatie van dien specialijck te verbinden de voors[taande] sestien hondert g[ulde]n de welcke als voors[chreven] staen ge__st___ te worden alssmede de van den Doorslag procureur voor selve off ale van de andere procureuren daer toe eerst wordende versocht belovende de rato onder verbant als voren versoeckende hier van acte die dese is aldus gedaen ende gepasseert te Utrecht ter presentei van de e[del]e m[eeste]r IJsaacq Moll raest deselve hooffe ende Cornelis Bredre als getuijgen op den 17 septemb[er] 1712 Arij Meijndersen Vlasman dit is t merck van T Vosch van Avesaet |