bouw -
F sonder herheutge
wasch diedenalsoo
heere eijgenaerdie de selveaen
sul behoren
voor | Compareerde voor mij Rombout van Verhoven
notaris s hooffs van Utrecht binnen Utrecht
residrende ende bij borgerm[eeste]rs ende vroetschappe
der selver stadt geadtmitteert is presentie
voorde maerbes[chreven] getuijgen hier toe versocht
Jacob Peters de Greeff wonende onder den
gerechte van de Bildt ende bekende gehuert
te hebben van den ed[ele] heere Johan Fredrick Mannuchet
heervan Houdringen de welcke alhier mede compa
rerende oock verhuert bij desen seecker parceel
landts groot ontrent twaelff mergen genaempt de
bouw Uijthoff gelegen onder de gerechte van de
Bildt voors[zegd] die den huerder althans van den heere
verhuerder gebruijckende is F ende dat voorden tijt
van ses achter een volgende jaren die ingaen sullen
den eersten januarij XVJe negen en tachtich toe
comene jaerlicx ende ider jaer voorde somme
van een hondert gulden tot XX stuijvers het stuck
eens gelt sulcx dat de reele ongelden en lantlasten
van t voors verhuerde alleen en int geheel blijft
tot laste van den heer verhuerder te betalen de
belooftde pacht pen[ingen]alle jaer precies waer van het eerste
jaer pacht om te vna de nieuwe huer om te betalen
verschijnen sall petrie ad cathedram XVJe t negen
tich ende soo voorts van jaer tot jaer de voors
huerjaren uijtgedurende met vordere conditien dat
den huerder gehouden sall sijn te maecken bewaren
onderhouden ende uijt de schouwe te houden de
de slagen en bouwercken van dijcken wegen en water
gangen als anders die het voors[zegde] verhuerde onderwor
pensouce mogen sijn is den voornoemde huerder sall mede den bouw
niet mogen vervoeren noch het landts off wech
affplaggen sullende voorts den huerder het
voors landt ten oorbaer gebruijcken het selve
verbeteren en niet verargeren t hem voortsalsints reguleren
nae de ordonnantien en placcaten van heeren van lande
|
^
wederoeoen toestaen
door vergunningen van
voor h[ee]r van Houdringen
| bekennen hij Jacob Peters de Greeff voorn[oemt]
voorts dat hij aen de gemelde heer Johan Fredrick
mannuchet van Houdringen sijnen landtheer noch suijver
schuldich teiste sijn de somme van ses hondert t negen
tich g[u]l[den] als rest van landtpachten van de ses mergen
genaempt de Brandt alsmede van de helft van de
voors[zegde] landerijen genaempt de Uijthoff t sedert
de jare 1682 tot den jare 1687 incluijs mitsgaders
van de pacht van de drie mergen de Meulencamp
gelegen onder de Bilct voors[zegd] over den jaere 1687
verschenen in minderingh van welcke pachtpen[ningen]
hij comp[aran]t aen gemelden sijnen landtheer de h[ee]r Johan
Fredrick Mannuchet van Houdringen bij en desen
cedeert transporteert en in volcomen eijgendom
overgeeft de gemelde heer van Houdringen oock alheer
aenneempt het gewasch zoo van rogh als boeckweijt
althans staende op de voors[zegde] landerijen genaempt
de Uijthoff renuncsierende hij eerste comp[aran]t daer
van en van lle recht henm daer aen competerende
onder vorder bespreck dat hij Jacob Peters de
Greeff tot sijnen coste voor de en ten behoeve van
den selven heer van Houdringen de staende rogge
voors[zegd] sall moeten affmaeijen en binden dan het
Maeijen en binden van den boeckweijt blijft tot laste
van den heere Johan Fredrick Manunchet voorn[oem]t
en bovendien behoort hij Jacob Peters de Greeff
in extinctie en voldoeningen van de voors[zegde] resterende
pacht penningen aen den meergemelden sijnen landtheer
te sullen ^ betalen de somme van een hondert twin
tich g[u]l[den] in den tijt van ses achter een volgende
jaren t alse ider jaer twintich g[ulde]n waer van hem
eerste jaer om te betalen verschijnen sal den petri XVJe
t negentich versz[egde] en soo voorts jaerl[ijks] tot de volle voldoening
toe ende ingevalle den voorn[oemde] eersten comp[aran]t
in gebreecke bleeff de nieuwe pacht pen[ningen] van de
nieuwe huere alsmede de voors[zegde] een hondert
|
