ges[teld] den 20 feb[ruari] op 3 st[uivers] |
39 Op huijden den XIIJ en januarij 1683 olden stijll comp[areer] /de voor mij Nicolaes van Vechten notaris s hoofs van Utrecht binnen Utrecht resideeren[de] bij de ed[ele] heeren borgerm[eeste]ren] en vroetschappe der selver stadt gepermitteert in presentie van de naerbenoemde getuijgen hier over geroepen Meerten Hermansz wonende op Ochuijsen bij de Haer den welcken beloofde aen jo[nkee]r Johan Theodoor van Boeckop vrouwe Mechtelt van Boecop en jo[nkvrouw] e Barbara Agnes van Boecop te voldoen de acht en t negentich gul[den] vijftien st[uiver]s die hij schuldich is als rest vant jaer pacht verschenen Corsmis 1682 bij hem comp[aran]t en Claes Harmansz elcx in solidum
en int geheel gehuijrt vermogens huijr cedulle den 11 e meert 1682 voor mij notario en getuijgen gepass[eer]t en dat binnen een maent daer van acht en twintich gul[den] vijftien st[uiver]s en die alsden resteeren[de] seventich gul[den] ten lanxten voor s[in]t Jacob in desen jaere daer voor hij comp[aran]t verbinden[de] is sijn persoon en[de] goederen ende verclaerde Pieter Warnaertsz wonende te Houwdijck onder Camerick het en alhier mede compareeren[de] hem voor de versz[egde] comp[aran]t sijn swager en ten behoeve van vern[oemde] h[ee]re Boecop en |