Notarieel 506-40 / 166 Leiden pdf 14-05-2019 pag. 1

 

 
 
 
^ van Leuwen
 
 
 
+ al wonende
tot Leijderdorp
 
 
^wonende tot
Coudekerck
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
+ in den ambachte
van Leijderdorp
 
tich

nu[mmer]° CLXVJ

Op huijden den vijftienden dach van november
anno XVJe ende twaelf
compareerden voor mij
notario publijck ende voorden ondergeschreven
getuijgen Pieter Cornelisz ^ out omtrent XXIX jaren
Bouwen Meesz out omtrent LXXIIJ jaren Cornelis
Jacopsz Verdoes
out omtrent LXX jaren Reijer
Arijsz
out omtrent LXXIJ jaren Dirck Matheusz
Steenplaetser
out omtrent LIIIJ jaren + Bouwen
Jansz van leuwen
out omtrent LVJ jaren
Frans Jansz Steenplaeitser out omtrent LXIJ jaren
jaren beijde wonende aenden Hoogenrijndijck inden
ambachte van Soeterwoude ende Claes Pietersz
Bijet
out omtrent LVIIJ jaren ^ende deposeerden
ende tuijchden bij haer constientien ende zielen
zalichen t van plaetse van eede ten versoucke
van Gerijt Jansz van Harmelen schout van Leijderdorp
waer te wesen eerst de voorsz[egde] Bouwen Jansz
hoe dat hij inden jare vijftienhondert een ende
t negentich
gecost heeft van Joncheer Arent van
Dorp
heere van Maesdam inde herberge
van de Witteswaen binnen sst der stede van Leiden
int openbaer voorde camre[?] gecost heeft een
parcheel lants groot sestalfmorgen gelegen
inde monickenpolder + voor de some van omtrent
negenthien hondert gulden daer van t zijnen
behoeve opten lesten martij anno XVe XVIende t negen
brieven van eijgendome is gepasseert gelijck
hij deposant oock geleden omtrent zes jaren
van de weche ende nagelaten weeskinderen van
Dirck Cornelisz den Hartooch int openbaar omtrent
voor de kamre gecost heeft derdalf mergen
lants gelegen inden voorsz[egde] ambachte van Leijder
dorp voor omtrent derghien hondert gulden ende
dat hij deposant van beijde de voorsz[egde] gecoste parchelen
aenden voorsz[egde] requirant als schout van Leijderdorp
betaelt heeft het pontgelt namelick van elcke
coopgulden een oort stuijvers item de voorsz[egde]
Bouwen Meesz verclaert ddat hij inden jare
XVe ende eenentnegentich ___lij de stede van
Leijden
inde voorsz[egde] herberge van de Wittswaen int openbaer
van Jonckheer Pieter Cornelisz van der does in zijn leven
 

t gecost heeft
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
+ gecost heeft
 
 
 
 
 
 
 
 
 
coop 
  
+ voorde kamre 

   + M[eeste]r Henrick
van Weert

advocaet shoofs
van Hollant cum
socijs

baullui ende Dijcgrave van Rijnlant + omtrent
twaelf mergen leenlants gelegen in Achthoven
in den voorsz[egde] Ambachte van Leijderdorp voor de
some van vier duijssent en zeven hondert gulden
daer van de leenbrieve ( die t zijnen behouve
is gepasseert) gedateert is den zestien augsutij
anno XVc en XIJ
ende dat hij deposant
mede van de zelve repe aenden voorsz[egde] schout
van requirant als schout van Leijderdorp
betaelt heeft het pontgelt namelick van
elcke coopgulden een oortgen Itemm Pieter
Cornelisz van Leuwen
verclaert dat hij
in den jare XVc ende zessentnegentich inde versz[egde]
herberge van dewitteswaen binnen de voors[zegde]
stede
int openbaer voorde camre + van Ruert
Claes van Leuwen
omtrent twee mergen
lants gelegen tot Leijderdorp voorsz[egd] voorde
somme van acht hondert gulden boven de
balastinge van een rente van vijf ende twintich
gulden s[tuiver]rs daer van deijgendom brieve
t zijnen behoeve gepasseert gedateert is den
XVIIJen decembris anno XVCXCVJ mede
aenden requirant als schout van Leijderdorp
het pontgelt heeft betaelt als van elcke
gulden een oort stuivers | item de voorn[oemde]
Claes Pietersz het verclaert dat hij mietende zalige
Sijmon Henricxz ioten thienden Martij anno
XVC en een int openbaer + gecost hebben van de
ergen[amen] van juffrouwe Christina van Noorde
+ omtrent
achtien mergen leenlants gelegen in Achthoven
inden voorsz[egde] ambachte van Leijderdorp voor acht duijsent
een hondert gulden ende dat hij deposant
ende de voorn[oemde] Sijmon Henricxsz van de zelve
cope het pontgelt aenden voorsz[egde] requirant als
schout van Leijderdorp hebben betaelt als van elcke coop
gulden een oort stuivers Item de voorsz[egde] Reijer
Arijsz, Cornelis Jacobsz Verdos
en Dirck
Matheusz
ende Frans Jansz deposanten
voorsz[egde] verclaren dat de burgerm[eeste]ren ende
regerders der stad leijden inden jare XVe ende
 

 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
al
^blijckende bij de
brieven van date
den XXXen julij
anno XVC ende
t negentich

t negentich miet veele ende pa verscheijden
paachelden van landen gelegen inde voorsz[egde]
abachte van Leijderdorp gecomen van de
regulier monicken aldaer int openbaer
inde herberge van den Gulden Hooren binnen Leijde te cope
hebben gesseten ende dat zij deposanten
aldaer mede int openbaer gecost hebben
te weeten de voorsz[egde] Reijer Arijsz twaelf
mergen drie hondert ende vijf ent zestich roeden
lants voor twee duijsent vijf hondert ende
achtenvijftich gulden item de voorsz[egde] Corn[elis]
Jacobsz Verdoes
twee parchelenlantst eene
groot zijnde vijf mergen ende LXXXIJ Roeden
voor derthien hondert en thien gulden ende
t ander groot vier mergen vijf hont ende LXIJ
Roeden voor negen hondert en dertich gulden
Item Dirck Matheuszversz[egd]vier mergen vijf
hont ende zeven roeden lants voor thien
hondert geulden ^ ende Frans Jansz verclaerden
ende dat zij deposanten respectivelicken __ den
voorsz[egde] requirant als schout van Leijderdorp
van de voorsz[egde] gecoste paechelden betaelt hebben
het pontgelt als van ijder coop gulden een oort
stuivers verclaerden noch de voorsz[egde] Dirck
Matheusz
ende Frans Jansz deposanten
dat zij inden jaren XVIC en twee int openbaer
voorde camre in den voors[zegde] herberge van den zwaen
vergulden Hooren binnen Leijden gecost hebben
van m[eerste]r Jan van Duijblant veerthien mergen
leenlants gelegen in den voorsz[egde] ambachte van
Leijderdorp voor de somen van zeven duijssent negen
hondert end t zeventich gulden ende dat zij depos[an]ten
mede van de zelve cope aenden voorn[oemde] requirant
als schout van Leijderdorp betaelt hebben het
pontgelt als van een ijder coop gulden een oort
stuivers presenterende in cas van recolente
alle t zelve respectivelicken bij haer luijder
eede solempnelicken te affecumeren ende te
bevestigen voor allen heeren end rechteren des
noot ende versocht zijnde ende den voorsz[egde]
requirant versochte hier van te hebben
 

acte aldus gedaen tot Leijderdorp ten
huisje van den requirant ten dage ende jaren
als boven ter presentie van Cornelis Gerijtsz
Backer
ende Claes Jansz buijrluijden tot
Leijderdorp voorsz[egd] als getuijgen hier toe
versocht zijnde

 

SLenaertsz van der Wuert not[aris]v[oorszegt]
 
Cornelis Gerrijtsz
 
Claes # Jansz
       merck


Homepage | E-mail