J Bourgonje | Op huijden den tweeden october
des jaars 1742 compareerden voor
mij Gerard Post openbaar notaris
bij den edelen hove van Hollandt
geadmitteert tot Obdam residerende
present de nagenoemde getuijgen
den eersamen Cornelis Cornelisz
Boots wonende in de Wogmeer on
# en mij not[ari]s wel bekent
der de jurisdictie van Obdam de
welke verklaarde te hebben aan
gestelt soo als denselven aanstelt bij
desen tot voogden over de minder
jarig nagelaten kinderen van zijn
overleden zoon Teunis Cornelisz Boots
in huwelijk
geteelt bij Maartie Sijbouts met na
men Sijbout Teunis en Trijntje Teunis
Boots en tot administrateurs van
de goederen welke de selve minderja
rige kinderen van hem comparant
bij desselfs overlijden sullen komen
te erven de personen van Zijmen
Marcus de Groot wonende tot Obdam
en Jan Pietersz Vlaming wonende
op Spierdijk omme bij deselve behoorlij
ke opsigt op devoorscre[ven] selve pupillen na zijn
|
| comparants overlijden te hebben en te
nemen in de goederen welke deselve
pupillen van hem comparant eelk der
selver grootvader na zijn overlijden
zullen komen te erven tot hunnen
voordele behoorlijk te administreren
en derselver regt en geregtighijt op en
tegen een iegelijk waarte nemen en
te defenderen en voorts alles te doen
en te verrigten wat voogden konnen
en vermogen te doen gevende ten
dien eijnde aan deselve alle sodanigen
ampelen magt ende authoritijt als
voogden eenigsints kan ofte mag
gegeven werden ende mede specialijk
met magt van assumtie en surrogatie
respect[ievelij]k
aldus gedaan ende gepasseert ten huijse
van den comparant in de Wogmeer
ter presenite van Frans Jansz Ridder
wonende in de Wogmeer en Jacob Slicker
wonende op Spierdijk als getuijgen |
