j Verloren

                  n^o 25
         twee grossen uijtgegeven
op heden den 26 september
1757 compareerenden voor mij Poulus Streek
notaris bij den ed[ele] hove van Hollandt
geadmitteert tot Oosterblokker resideren
de ende voor de nabes[chreven] getuijgen
de e[dele] e[erbare] Cornelis Ootes als in huwelijk
hebbende Immetje Cornelis Boots tot
Swaagh Cornelis Boots in de
Wogmeer onder den bedrijve van Obdam
woonachtigh ten eenre

     ende Pieter Schouten wonende in de
Caagh onder de jurisdictie van Span
broek ten andre zijde

     te kennen gevende dat de comparanten
ten eenre thans gesamentlijk in eijgen
dom besitten een stukje graslandt groot
in bruijkware 700 roden genaamt de _werf
 

werf gelegen in de banne van Wadwaij
belent de erfgenaamen van Aarjen Pie
tersz ten oosten opgem[elde] Pieter Schouten
ten Westen Jan Boots ten suijden en het
onderstaande ten noorden

     item een dito stukje groot in bruijkwa
re 200 roeden genaamt de Acker daar
ten sijden aangelegen belent het boven
staande ten suijden Pieter Boots ten noorden

ranten nopens het regt regt van een over

j Verloren

wegh dat de eerste^comparanten van en na hun voor
sz[egde] landt sustineerden te hebben over het
landt van den laasten comparant en waar
in sij seijden door hem te wesen geturbeert
verschil was komen te ontstaan zo verklaar
den sij comparanten tot evitatie van al
le verdre moeijtens en kosten die anders
te dugten stonde daar uijt te sullen re
sulteren met den den anderen te sijn gecontrac
teert verdragen en overeengekomen in voegen
en manieren als volgt

     dat beijde de voorsz stukjes landt van
                                          ofte hun regt verkrijgende
de eerste comparanten ^van nu voortaan
                                                    sullen behouden
althoos en ten eeuwigen daage het regt
                            van en na hunne tewee stukjes land^overgang
van een vrij overwegh sullen hebben regt
op over het gemelde landt van Pieter
Schouten voorn[oem]^t van en na de Spierdij
ker^wegh en dat mits dien de comparanten
ter eenre ofte hun regt^verkrijgende hebbende ten al
len tijde de vrijheijt sullen hebben om hun _vee
 

vee van en na d etwee voorsz[egde] stukjes
landt te mogen drijven als mede de vrug
ten daar van met de wagen aftehalen ende
de mist ofte iets anders daar weder komen
te brengen over het zelven landt van P[iete]^r
Schouten evengem[el]^t van en na de Spierdeijk
wegh zo ende in dien voegen als men
een vrije overwegh naar regten gebruijkken
mag dat ten dien eijnde Pieter Schouten de
Hoep ofte Ijjvorm tusschen het landt
van de respective comparanten gelegen
en bij hem opgedolven weder in sodanige
staat sal moeten stellen als deselve be
vorens is geweest

     dat de eijgenaars van de twee meergem[elde]
stukjes landt daar althoos sodanige
hoep of ijsform tot hun gebruijks en ter
hunnen kosten sullen mogen houden _dat
 

dat wijders Pieter Schouten met den
eersten sal moeten laten maken ene vaste
dam met een draij hek daar op tusschen sijn
voorsz[egde] landt en de Spierdijker^weg so en in dier
voegen dat deselve met wagen en paarden
behoorlijk kan werden gebruijkt ende
sal sodanige dam aldaar althoos moeten
worden onderhouden onder op sigt en admi
nistratie van den eijgeners van het voorsz[egde]
boven stuk

     behoudens dat de kosten van de voorsz[egde]
dam met het hek als mede het onder hou
den en des noods vaernieuwe van dien paar
de begrotingen van ieders landt in bruijk
waar dat daar over geburijkt wort om
mitsdien tt^thans landt bij de eerste compa
ranten naar negen hondert roeden en bij
de laatste^comparant naar vijf en twintig hon
dert roeden moeten wroden betaalt _dat
 

dat het P[iete]r Schoutenof sijn regt verkrijgen
de vrij sal staan het zelve hem met een
slot te sluijten mits daar van aan de^eerste compa
ranten ofte hun regt verkrijgende een sleutel
overgevende

     dat de comparanten ter eenre ofte hun regt
verkrijgende ook althoos en ten allen tijden
zowel als de gem[elde] Pieter Schouten of sijn
regt verkrijgende daar over sullen mogen
drijven en rijden van en na de twee voorsz[egde] stuk
jes landt naar gelegenteijt van zake

     dog ingevalle de eijgenaars van het stuk landt
genaamt de Bulleweijt agter het landt van
de comparanten gelegen sig mede van de voorsz[egde]
stoep of dam souden willen bedienen dat desel
ve dat insgelijks naar de begrotinge van het
voorsz[egde] landt in de kosten sullen mogen contribut
eren ofte anders daar geen gebruijkt van mgen ma
ke
dat laatstelijk de kosten in desen gevallen bij de
comparanten ten eenre voor twee derde parten en
bij de comparanten ten andre sijde voor een derde part
sullen moeten worden betaakt _met
 

met desen contracte en overeenkomste seijden sij com
paranten te nemen genoegen en ontentement be
kennende de opgem[elde] P[ieter] Schouten voor hem ende
sijne nakomelingen regt van een vrijen overwegh
over sijn voorsz[egde] landt aan ende ten behoeve
van de comparanten ter eenre ofte haar ^hun regt ver
krijgende zoo ende in dies voege als voorsz[egd]^is te
hebben geaccordeert^{en toegesegt} en mits dien sij voorsz[egde]
landt met die sevituit voor althoos en ten
eeuwigsten dage expresselijk te hebben belast
aannemende en belovende wijders elkanderen de
effecte deses te sullen doen ende laten genieten on
der renuntiatie van relief reductie ofte eenige
andre hulpmoiddelen tot brake deses in regten bekent
verbindende tot getrouwe nakoming deses hun per
soonen en goederen stellende deselve ten bedwange
ende executie als naar regten

Aldus gedaan en gepasseert tot Oosterblokker ten
jaare en dagen bovengen[oem]^t ter presentie van
de h[eer] W[ille]^m Breebaart en Claas Ven
                                          luijden van gelove als versogte

getuij

gen Cornelis Jansz Ootis Corenlis Boots
Pieter Schouten
W[ille]^m Breebaart
   Klaas Ven
                                          P Streek