| Heden den 25 e maart 1786 Compareerden voor mij Outger Slaghem openbaar notaris bij den ed[ele] hove van Hol landt geadmitteert residerende tot Groote broek en de getuigen nagenoemt Jacob Cornelisz Grootjes wonende te Andijk op de Bangert ten eenre en Jan Cornelisz Grootjes wonende in de Horn te Lutjebroek ter andere zijde beide meerderjarige kinderen van Jantje Barends geteelt bij Cornelis Grootje |
alles met overleg consent en be vestiging van hare voorn[oemde] moeder | te kennen gevende de comp[aran]ten dat zij met
malkanderen waren geconvenieert en over eengekomen in dezen voegen dat de eerste comp[aran]t hunne moeder de voorn[oemde] Jantje Barents zoo lange dezelve in leven zal zijn zal onderhouden in spijs en drank cost en kleederen en voorts van alles voorzien wat noodig zijn zal en wijders bij overlijden van hare gem[eld]e moeder derzelver lijk op eene ordente lijke wijze ten zijnen coste ten aarde doen bestellen dat daar voor den eersten comp[aran]t zal hebben en en na overlijden van hare gem[elde] moeder in vollen en vrijen goederen eijgendom zal possideren en bezitten alle de goederen behoorende tot den boe del vanhunne onze voorn[oemde] moeder en hare overleden man
de voorn[oemde] Cornelis Grootjesz als vrij en eijgen goedt mits dat de eersten comp[aran]t aan den tweeden comp[aran]t op t overlijden van hare voorn[oemde] moeder zal moe ten uitkeeren eens zonder meer een paar gouden bagge en een ketting rood bloedcorale twee dit met een gouden boot daar aan en dan nog aan de zoon van de tweede ged-ijte__ comp[aran]t genaamt Cornelis tot een gedag tenis of schenkagie moeten geven t gunt hij eerste t op t overlijden van zijn voorn[oemde] moeder tweede compar[aran] na zijn liven en vrij welgevallen zal komen te verkiezen zonder dien aangaande eenigzinds bepaelt te wezen des zal de eerste comp[aran]t boven dien vepligt zijn
voor zijn rekening op te nemen op t overlijden van hare voorn[oemde] moeder en te betalen mit zijn prive beurze all de schulden en lasten di op t overlen vandezelve hare moeder nog openten haren laste en te betalen zullenstaan beloven de de ten dien ende bij eerste comp[aran]t den tweeden comp[aran] /t van de gem[eld]e schulden en lasten |
| ten allen tijde te indemneren vrij en cost en schade loos te zullen houden en doen houden en verklaarde de tweede comp[aran]t bij overlijden van voorn[oemde] Jantje Barends zijne moeder niet het alder minste tege actie ofte pretentie te hebben ofte houden |
_ geda____ ijn ge ____ |
op den boedel van zijne voorn[oemde] moeder zoo van we genss vaders off moeders erffenisse maar al t regt dat hem bij overlijden van zijne moederop haren boedel compareerden gecompareert hebben de ofte competeren mogte en in t bezonder ook de legitime portie ten behoeve van de eerst comp[aran]t bij dezen plegtig afstaande en cedeerende belovende ten dien einde de eerste comp[aran]t des wegens nimmer eenige molesten te zullen aandoen ofte gedoogen dat zulks door an |
P allesins voor zijn vaderlijke of moederlijke erf fenisse | worde gedaan direct nog indirect maarintegen deel ___en op t overlijden van zijne meergem[eld]e moeder P ge
conteerteert te zullen houden met de twee goude bagge en de ketting corale met de gouden boot da-
met en de schenkagie die zijn broeder de eerste comp[aran]t aan ___ zijn zoon tot een gedagtenis na zijn vrij en __ welgevallen dan zal komen te doen en voor t overige den boedel van zijne moeder in vollen en vrijen eij gendom aan zijne voorn[oemde] broeder met alle baten en |
^ schaden voor en nadeelen te zullen overlaten | dit alles ter goeder trwoue aldus tusschen de comp[aran]ten zijnde geaccordeert belovende het zelve wederzijds te zullen presteren onder verbant van hunne perzoonen en goederne als na regten
Aldus gedaan en gepasseert ten huijze van de tw[eede] comp[aran]t ter prezentie van Pieter Swan en Teunis Gerrittz als verzogte getuigen dit merk + stelde Jacob Cornelisz Grootje Jan Grootjesz Pieter Jacobsz Swan dit merk + stelde Teunis Gerritsz t welke getuige
Outger Slaghem not[aris] |