| N 243 Remissie voor Zweder Stevenssz tot Houten alsoe Zweder Stevensz tot Houten den hoeve van Utr[ech]t gep[rese]nteert
heeft op twee brieve[n] va[n] remissie eens nederslacht bij hem geperpetreert aenden persoen va[n] aen den persoen van Gerrit Hermanssz in houdende vegeffenis van selven nederslach mitsgaders cuijtschellinge van alle boete corporette en[de] criminele behouden sectisfacke en[de] beteringe der geinterresseerde partie amende civile resutie va[n] gerechtel[ijke] costen ende intermemente va[n] des hove breeder blijkende bijde selve remissie hier naer volgen[de] _aerle ___ doen te weten allen jegenwoirdigen en[de] toecomen[de] dat wij ontsaen hebben de oetmoedige suplicae[nt] van seer Zweer stevensz woonende inden dorpe van Houten in onsen Lande van Utrecht inhoudende soe dat hij supl[ikan]t wesen[de] brudegom op een jonge dochte woonen[de] inden dorpe va[n] westbrouck de vrienden van beijd[en] en zijden hadden genoot
om tot zekren dage te bruijloft te com[m]en soe is gebuert in septembert lestleden dat hij supl[ikan]t naerden huse va[n] Gerrit Hermansz zijns zuster man gecomen es om hem te bidden dat hij zijn natuerlicke soene t zijnder bruijloft zouden com[m]en ende de bruijt helpen beschencken en[de] alsoe de voorsz[egde] Gerrit nijet thuijs en was maer sadt en dranck ten huijse va[n] eenen Aert Claessz woonen[de] inden gerechte van Schoonauwen so es es hij supl[kan]t voorbij der dueren gecomen en gesien zijnden vanden selve[n] Gerrit wordt binne geroupe[n] om te drijncken aldaer hij ben voorn[oemde] Gerrit gebeden heeft zijnen voorn[oemde] natuerlicken soene willen laten te bruijloft comen twelck hij hem ontseijde seggende voorts dat zij sone hadde langen tijt uutgeweest indien hij hem anders nijet
schicken ende wilde hij wilde hem den roosen schencken en[de] sprekende zeer spijtel[ijk] tot hem supl[ikan]t seijde ghij zijt aen een cruepele ende manck geslachte gehilickt en[de] |
| ghij hebt een leelick wijff genomen daerop hij supl[ikan]t ant[woor]de ic ben met mijn houwelick wel te vreden en[de] ic en sall (off god wilt) met mijn wijff als oe nijet leven als ghij met u wijff mijn suster gedaen hebt dit ghij uuij tuwen huijse wech gejaecht hebt de welcke hij Gerijt horende seijde ic en hebbe van u bruloft nijet gehadt doet het gelach hier uuijt tot wiens begeerte hij supl[kan]t gwillichlick dat gedaen heeft en[de] daer nae is de voors[zegde] Gerrit uuijten huijse gegae[n] om zijn water te maek en[de] buijten huijse zijnde sijde Aert
Claessz ende Cornelis Aertssz des voorsz[egde] Gerrits neve dat hij supl[ikan]t sulcke woorden achter wegen laten soude want Gerrit was een goet ma[n]daerop hij supl[ikan]t ant[woor]de wilt ghijt verantwoorden wat seijt u daer aen ende terstondt daer nae es de voorn[oemde] Gerrit weder in huijs gecomen seggende wat es hier te doene nemtunde[?] met dien een snijders elle die op een groote pijckstock gemaect was alsoe die cleermakers ofte snijders daer mede lancx de lande ende achter velde gaen om daer mede over die graften te springen ende sloch den supl[kan]t daer mede sulcx dat hij van den slacn en[de] wonde ter aerden viel de selve Gerrit voorts vallen[de] met Cornelis Aertsz op sijn lijff om hem voorts doot te steken ende hij supl[ikan]t liggen[de] ter aert[en]
gevallen onder den voorsz[egde] Gerrit verwerens zijns lijffs nm[de] Cornelis Aertssz in zeer grooter benautheijth gemerckt hij mergens gewijcken en conde om te preserveren en[de] ter nootlicker deffensie van zijne lijve heeft uijtge uuijtgetrocken een hangerken |
| officier diet behoiren sall den welkcen gehouden werdt daer off reke[n]ing te houden bewijs ende stelique te doene tonsz[e] proffijte metten anderen penn[ningen] van zijnde ontfangen sij en[de] allen anderen onsz rechteren justicien en[de] officieren wien dit aengaen ofte roeren sall moge[n] ofte huere stecbehouderen en[de] eenijegelick va[n] hem besonde[r] zoe hem toebehoiren sal doen laten en[de] gedoogen den voorsz[egde] Sweer Stevensz supl[ikant] va[n] dese onse gre[..]
remissie en[de] quijtscheld[ing] en[de] van allen den inhoude van desz[e] onder voegen en[de] manieren bove[n] verhaelt rustel[ijk] vredel[ijk] volcomelick en[de] eeuwelick genijte en[de] gebruijcken sonder hem te doen ofte laten geschien nu noch in toecoemen[de] tijden ter cause voorsz[egd] eenich hinder letsel ofte moijenisse ter contrarie aen zijn lijfne noch aen goede in eeniger manieren maer indien zijn lijff ofte eenige va[n] zijne onverbuerde goeden darome geva[n]ge[n][?] becomert off geaccepteert zijn ofte namels ware dat zij die stellen en[de] stten ter stondt en[de] sonder vertreck tot geheele en[de] volcomen deliviraire en[de] stakingen want ons alsoe gelieft ende ten eijnde dat dit goet vast en[de] gestadich blijve ten eeuwigen dage[n] zoe hebben wij onsen segel
hier aen doen hangen behoudelicken in anderen zaken onsrecht en[de] eevijgelick t zijne in allen gegeven in ons stede va[n] Brussel inden maent va[n] Junio int jaer ons heeren dusent vijffhondert enden eenenvijftich van ons kijserijck t XXXIJ e en[de] va[n] ons rijcken van castillien e_- t XXXVJ e opde |
| plijcke stonde gescup[] bijden keijser in zijnen rade ondert[eken]t de lange heeft dump[etran]t oetmoedel[ijk] versocht citatie jegens vrunden en[de] mage[n] van den voorsz[egde] nedergeslagen en[de] andere des noot zijnde uuijt crachte van den welcken verdachvaert zijn Gerrit Aertsz woonen[de] t Utrecht Henrcik Aertsz tot Houten Herman Wllemsz in den Ganstege Thonis Aertsz int lijnpat
en[de] Luijt Woutersz tot schalckwijck als naeste vrunden en[de] mage[n] vanden voorn[oemde] nedergeslage mitscad[er]s Lodewijck van Montfoert maerschalck van t over quartier onder wiens jursdictie t seijt geschiet es ende die procur[eur] generael van den voorsz[egde] hove voorden selven hove te com[m]en ofte gemachtich[d] te feijnden t eenen zekeren en[de] tamelicken dage omme den voorn[oemde] imp[etran]t zijn brieven va[n] remissie in persooon te p[rese]nteren te intermeniente van dien te concluderen daer inne te consentere[n] ofte die selve te debatteren ofte daer jegens te seggen ten welcken dage van wegen des imp[etran]ts compareren in p[er]soen geassisteert mit Willem van Muijden zijne procur[eur] naer dien de remissie in dandientie[?] gelesen was es geconcludeert ten intermenente
van dien ende de voorn[oemde] vrunden en[de] mage[n] naerdie[n] zijlieden dach gehadt hadden om des imp[etra]nts brieve va[n] remissie te debatteren ofte int intermemente va[n] dien te consenteren hebben geseijt int interinement te gsenteren ende Adriae[n] va[n] Mierlo als procur[eur] van den voorn[oemde] maerschalck heeft geseijt dat hij hem reseveerde ( aengaen[de] t internement van des imp[etran]ts brieven va[n] |
| remissie tot verclaringe van den hove versoecken nijet enen betalinge[n] va[n] LXXX gulde[n] voor k[ijzerlijke] m[ajestei]ts boete insgelijcx heeft die voorn[oemde] procur[eur] g[e]n[er]ael hem geresereert tot verclaringe van de[n] hove eijntel[ijk heeft t voorsz[egde] hoff de voorn[oemde] imp[endan]t en[de] maerschalck geord[oneer]t nopen[de] de voorsz[egde]
boete te dienen va[n] memorien en[de] daer bok te vouge[n] hier acten en[de] invicaenten[?] ter materie dienen[de] en[de] onder den hove te leveren t welcke alsoe gedaen es t voors[zegde] dei voorsz[egde] remissie moemorie verscreven soen brieve[n] en[de] ande[ren] acten en[de] munnimenten doende recht in den naem en[de] va[n] wege[n] der k[eizerlijke] m[ajestei]t coninck va[n] germanien va[n] Spaengien ick als erffheer der stadt steden en[de] lande van Utrecht heeft den imp[etran]t gecont[]t en[de] cond[emneer]t hem bij des[ze] te betale[n] voor amende cuvile tot profijte va[n] k[eizerlijke] m[ajestei]t aen handen van den rentm[eeste]r vande exploicten de so[m]me va[n] XX g[uld]en cons[tituan]t hem oic aen handen der geene diet behourt te betalen die gerechtel[ijke] coste
va[n] justitie en[de] doet te nijete de proceduren van den bij den maerschalc tegens den imp[etran]t begonst hem resereren[de] zijn acte van den boete ende den imp[etran]t zijn desentie ter contrarie verclaren[de] dat de soenbrieven sorteren sullen hier volcomen effect ende die samende cuvile en[de] costen va[n] justitie bet[aald] zijnde heeft t voorsz[egde] hoff geinteneert en[de] interneert bij desz[e] die voorsz[egde] remissie nae haer forme en[de] in houden imponeren[de] hierop een eeuwich swijgen en[de] silentie den procur[eur] generael voorn[oemd] en[de] allen anderen officieren dinen[de] en[de] conder saten der k[eizerlijke] m[ajestei]t hen lieden en[de] elcx van hen bevelende dat zij den imp[etran]t van t in houden der remissie en[de] dese intermemente doen laten en[de] |
|
gedoogen rustel[ijk] vredel[ijk] en[de] volcomelick genieten en[de] gebruijcken sonder hem te doene ofte laten geschie[n] eenich hunder letsel ofte moijenisse ter contrarie aldus gedaen ende gepromicheert t Utrecht den XXIIIJ en julij 1555 |